Hoofdstuk 11 - Een nieuw spoor [Deel 1]

Het was 12 uur ’s middags op de eerste maandag van de kerstvakantie. Lilly, Evelien en Birgit waren al vanaf 10 uur oliebollen aan het verkopen. Ze hadden het laatste verdachte huis al gehad. Nu waren ze bezig in de straat waar de oude mevrouw Vermolen woonde. Ze waren bijna bij haar huis, maar dat zouden ze natuurlijk overslaan omdat ze daar al geweest waren.
Evelien liep op het volgende huis af maar Lilly sprong ervoor. ‘Dat huis wil ik doen!’
‘Waarom?’vroeg Evelien.
‘Ze hebben zo’n lage deurbel, dan kom ik er ook bij!’
‘Goed. Dan doe ik de volgende.’
Evelien wou net het tuinhek van het huis dat zij mocht doen openmaken, toen ze iets zag wat haar aandacht trok. Een man met zwart haar, een blauwe muts op, een bril en een zwarte jas. Hij liep op de stoep in hun richting. Even dacht Evelien dat hij hen toch gezien had toen ze in de bosjes zaten en dat hij op haar af kwam en raakte in paniek, maar hij ging door het tuinhek van mevrouw Vermolen. Hij belde aan en werd hartelijk begroet en binnengelaten.
Evelien draaide zich om en liep naar Birgit toe. ‘Birgit! Birgit! Dat was die man! Hij is het huis van mevrouw Vermolen binnengegaan!’
‘Wat? Weet je het zeker?’
‘Ja echt, hij is daar naar binnen gegaan! Ze begroette hem en liet hem binnen!’
‘Hm. Even op Lilly wachten, dan kunnen we iets doen.’
‘Weet je al iets?’
‘Ja.’
Lilly kwam eraan en vroeg;‘Waarom kijken jullie zo raar? Is er iets?’
‘Ik heb die man naar binnen zien gaan bij mevrouw Vermolen!’zei Evelien. Lilly keek haar niet-begrijpend aan. ‘Die mevrouw van de koekjes.’
‘Oo…zeg dat dan!’
‘Lilly, heb je zin in nog wat koekjes?’vroeg Birgit.
‘Ja, tuurlijk!’
‘Dan mag je aanbellen en om nog wat koekjes vragen. Zeg maar dat we hier toevallig nog eens langskwamen op weg naar het park ofzoiets. Toen wou jij heel graag nog wat koekjes, omdat je ze zo lekker vond. En vraag dan of we binnen mogen komen vanwege de kou, ik denk dat ze wel ja zegt. Dan kunnen we even kijken… Zeg, waarom kijken jullie zo?’
‘Jij bent een zeldzame volwassene,’zei Lilly. ‘Dat is best een gevaarlijk plan. Dat zouden de meeste volwassenen waarschijnlijk zeggen.’