Hfdst #5
Toen ik me omdraaide keek ik in diepe groen ogen die recht in de mijne keken. Zonder het te beseffen was ik denk ik aan het staren. Net toen ik dat besefte kwam mijn moeder met eigenlijk een nogal groot lawaai de trap af. Ik richtte mijn blik naar de grond. Wat wou hij hebben van mij? Dacht ik bij mezelf, blijkbaar toch iets te luid want ik moet het gemompeld hebben. 'Wat zeg je?' ' Niets hoor.' zei ik maar snel om mijn onhandige actie te ontwijken. In mijn ooghoek zag ik mijn moeder af komen. 'Ik ben John.' Hoorde ik hem nog zeggen voordat mijn moeder mij als een razende wind voorbij stormde. Ik besloot ook maar naar binnen te gaan. De eetzaal binnen, draaide ik me nog eens om en zag "John" daar nog altijd staan. Maar al snel werd ook hij weggetrokken van de plaats waar hij stond. Met een verwarde blik keek ik terug voor mij uit. De rest van de lunch verliep rustig en zonder veel ophef. Nadat ik en zowat de rest van ons gezelschap klaar was stonden we op en ging elk een eigen weg. Ik besloot om het hotel uit te gaan en de stad eens te verkennen. Ik hoorde mijn moeder nog van alles achter me roepen maar besloot om haar te negeren. Doordat ik de draaideur instapte voelde ik de wind van buiten op mijn gezicht, ze speelde met mijn haar. Hoewel het buiten niet al te fris rook, genoot ik toch van de buitenlucht. Tijdens het wandelen kwam ik een klein parkje tegen en besloot om daar wat te gaan rond slenteren. Ik zag in de verte een eenzaam bankje staan en bedacht me dat ik het wel gezelschap kon gaan houden. Ondanks het feit dat het bankje vrij ver stond was ik er nog snel, hopelijk ben ik niet beginnen snelwandelen of zo dat zou nu eens geen zicht zijn besloot mijn geweten weer lekker ironisch te zeggen. Ik zette me op het bankje, eigenlijk was het meer ploffen maar er waren nauwelijks mensen in het parkje laat staan iemand die ik ken. Ik besloot wat te gaan schrijven, en nam het schrift dat ik voor ik naar de lunch vertrok nog snel had mee genomen van mijn bureau.
"Liefde" schreef ik, ja wat is liefde eigenlijk? Zijn het de vlinders in je buik, of het weten dat er iemand van je houdt? Is het dat je de hele tijd een bepaald persoon in je hoofd hebt en die er niet kunt uitkrijgen? Ik schreef al mijn gedachten op en had daardoor niet door dat er iemand naast mij kwam zitten. Hij had een rechte en fiere houding. Even staarde hij voor zich uit maar dan zakte hij wat onderuit en verdween zijn rechte houding. Een onderuitgezakte houding nam deze in.
Er zijn nog geen reacties.