8,

Al gauw vuurde Arlene haar eerste vuurstraal op ons af. Die ontweek ik nog maar net. Pisces sprong de lucht in en richtte haar staart op Arlene. Arlene kon de staart maar net ontwijken. Aries was al op Arlene afgerend. Hij beukte richting Arlene die omhoog sprong, waardoor Aries tegen een boom aanbeukten die omviel. Ik schoot verschillende pijlen af, maar er was er geen een raak. We waren sterker dan ik gedacht had. Arlene had dat ook in de gaten. Volgens mij zag ik angst in haar ogen. Ze vuurden nog een paar stralen af die we allemaal ontweken. Ze was boos, ik het gewoon zien in haar ogen. Toen ineens was Arlene weg in een flits. We keken om ons heen. ‘Shit’ zei ik. ‘Wat is er?’ vroeg Aries. ‘Die gaat versterking halen. Dat betekend. Tientallen slangendragers. We moeten de andere zien te vinden’. We liepen om de rots heen. Al snel zagen we de andere vechten. Maar ook toen ineens verdween Jonas. We liepen naar elkaar toe. ‘Dat betekend niet veel goeds hea?’ vroeg Virgo. ‘Nee’ zei ik. ‘We moeten hier echt weg’. We renden snel richting de Chinese muur.

De muur was nog kilometers ver weg. Het was stil. Het was echt te stil. ‘Ik hoor zelfs geen geluiden in het bos’ zei Pisces. ‘Dat komt misschien omdat we niet in het bos zijn?’ zei Virgo. ‘Owja’ zei Pisces. ‘Ik ben eraan gewend dat we in het bos lopen’. Ineens hoorde we een hard geluid. We schrokken allemaal heel erg. ‘Hoorde jullie dat ook?’ vroeg Pisces. ‘Nee ik hoorde niets, nou goed’ zei Virgo. ‘Dat leek wel’. ‘Een leeuw’ maakte Gemini Gemini’s zin af. We keken elkaar aan met grote ogen. ‘Leo’ zeiden we allemaal tegelijkertijd. We begonnen nu harder te rennen. We kregen weer hoop. Was er echt een ander sterrenbeeld naar China gekomen? De Chinese muur kwam steeds dichterbij. Weer hoorde we de leeuwen brul. Het kwam steeds dichterbij. We werden steeds enthousiaster. De muur lag nu nog ongeveer 1 kilometer van ons verwijderd. We hoorde nog steeds de brul. ‘Dat moet gewoon Leo zijn’ zei Pisces. ‘Het kan gewoon niet anders´. Toen kwamen we aan bij de Chinese muur. Hij was enorm. Aan de zijkant zagen we een trap. We klommen omhoog. Het duurde wel even voordat we boven waren. Toen we eindelijk boven aan stonden, stonden we versteld van het uitzicht. Het was echt prachtig. Je kon over een heel groot gedeelte van China heen kijken. Toen hoorde we ineens het gebrul weer. We keken naar beneden en zagen niets.
Toen we ons omdraaide schrokken we ons helemaal rot. Voor ons stond een grote jongen met een gezicht van een leeuw. Hij had enorme klauwen. Hij stond handen en voeten. Je zag goed dat het een mens was. Hij had mensen ogen. Hij keek ons dreigend aan. Maar toen hij ons goed bekeken had zag hij dat ik een centaur was, dat Virgo vleugels had, dat Gemini en Gemini sprekend op elkaar leken, dat Pisces een enorme staart had en dat Aries gekrulde hoorns had. Eerlijk gezegd was ik wat angstig voor de leeuw. Hij had een enorme bek. ‘Leo?’ vroeg ik voorzichtig. ‘Dat is mijn naam ja, en je moet niet weten hoe blij ik ben dat ik bij jullie ben. ‘Waar zijn je beschermers?’ vroeg Aries. ‘Die zijn meegenomen door de ecliptianen. Ze wisten dat ik jullie hier zou treffen. Dus heb ik hier gewacht’. Het was een beetje een ongemakkelijke situatie. We besloten om allemaal terug te veranderen. Toen Leo dat zag, veranderde hij ook terug. Voor ons stond een dood normale jongen met bruin haar. Virgo begon keihard te lachen. ‘Serieus, ik was net bijna bang voor je. Maar zoals ik je nu zie, ben je gewoon hartstikke schattig’. ‘Ik kan zo weer terug veranderen hoor’ zei Leo. ‘Nou wij ook hoor’ zei Pisces. ‘Wat is jou verleden?’ vroeg ik. ‘Ik heb een moeilijk verleden gehad. Ik zat vroeger gewoon op school. Ik werd altijd gepest. Ik had geen vrienden. Ik zat in een jongerenhuis. Daar hadden we echt een vreselijke conciërge. Van hem moesten we al om 8 uur in ons bed liggen. In dat jongerenhuis zaten ook mijn twee beschermers. Ik ging niet veel met ze om. Mijn leven was saai. Ik moest zelfs naar school in het weekend. Ik werd wakker, ik ging naar school tot 6 uur, ik moest koken en ik ging weer slapen. Zo was mijn leven. Een week voordat ik 16 werd, werd ik steeds zieker, net zoals bij jullie allemaal denk ik. Op de dag dat ik 16 werd, werd mijn jongerenhuis aangevallen door de slangendragers. Mijn beschermers kwamen gelijk in actie. Helemaal in het bos veranderde ik in een leeuw. Eindelijk was ik sterk, ik kon nu niet meer gepest worden door de kinderen van school. Ik was enorm blij toen mijn leven een andere wending kreeg. En ik ben al helemaal blij dat ik jullie gevonden heb’. ‘Wij zijn ook erg blij dat we nu al met z’n zessen zijn. We zijn precies op de helft’. Toen ineens vanuit het niets klonken er overal explosies. Overal op de muur verschenen er slangendragers. Tientallen magiërs en tientallen slagers sprongen op de muur. We werden ingesloten. Aan de ene kant van de muur kwamen Arlene en Jonas aangelopen. Aan de andere kant kwam Romy aangelopen. We waren volledig omsingeld. ‘Nu ontkomen jullie niet aan ons. Ach, kijk. Er is een nieuw sterrenbeeld bij gekomen. Wat leuk nou toch’ zei Arlene. We veranderde allemaal van vorm. We waren blij dat wij Leo aan onze kant hadden, want daar verwachtte we veel van. ‘Denken jullie nou echt, dat jullie het tegen ons kunnen opnemen?’ vroeg Romy. ‘Ja, dat kunnen ze zeker’ zei een stem achter Arlene en Jonas. Enora stond met verschillende magiërs achter haar. De magiërs van de slangendragers werden ingesloten door de magiërs van de ecliptianen. ‘En ik zal jullie is laten zien hoeveel kracht ik in me heb’ zei Enora.

En met die woorden was het gevecht begonnen.