Foto bij Opdracht 1.

Opdracht 1:
Boven op zolder staat een oude rustieke kast. Jij bent vreselijk nieuwsgierig en besluit een kijkje te nemen in die kast die jou bijna lijkt te lokken.. je hand glijdt over het gegraveerde hout naar de roestige sleutel die uit het slot steekt. Bij het omdraaien van de sleutel dwarrelen glimmende deeltjes naar beneden. Je opent behoedzaam de kast en.....

Tot jouw grote verbazing zit er een magisch en mystiek iets in deze kast. Voor deze opdracht is het de bedoeling dat jij een verhaal schrijft rond datgene wat er zich in die kast bevindt. Dat kan een totaal andere wereld zijn, maar ook een magisch voorwerp. Laat je fantasie de vrije loop!

Ik laat me op mijn knieën zakken en houd het amulet stevig in mijn vuist geklemd. Mijn ogen glijden over de grote deuren van de houten kast. Ik twijfel of dit wel het juiste moment is. Ik ben nog nooit zo dichtbij geweest, zo zeker van mijn zaak, maar met de seconde wordt mijn twijfel groter.
‘Als je verdrietig bent, als je iemand mist, open je de deuren van de grote zolderkast. Het is magisch wat je vindt. Maar onthoud goed meisje, één keer in je leven krijg je de kans, benut hem goed. Als je het verkeerde moment kiest, zal de magie aan je voorbij gaan.’
De wijze woorden van oma gaan nog vaak door mijn hoofd. Elke keer weer moest ik mijn nieuwsgierigheid in bedwang houden. Nieuwsgierig ben ik nu alleen niet meer. Misschien, heel misschien, wilt dat zeggen dat ik er klaar voor ben.
Een diepe zucht ontsnapt uit mijn mond, ik sta op, recht mijn rug en rijk mijn hand uit naar de kast. Nog een keer strijk ik met mijn vingertoppen de stofdeeltjes opzij. Voor ik er erg in heb kraken de deuren en valt er een lichtstraal over de vloer. Mijn vuist klemt zich nog steviger om mijn amulet heen en ik trek de deur verder open. Het lijkt wel of ik de poort tot de hemel geopend heb. Het licht dat achter de deuren vandaan komt is zo fel dat het van goud lijkt. Een frisse lucht overtreft de geur van oude boeken en de stofvlokken veranderen in glitters. Een rilling gaat over mijn rug, dit is meer dan ik me ooit had kunnen voorstellen. Betoverend door het prachtige dat zich voor mijn ogen afspeelt zet ik een stap dichterbij.
‘Hallo mama, ik ben het. Sophietje.’
Ik knipper met mijn ogen en durf eindelijk écht te kijken. Een klein meisje staat vrolijk aan mijn benen te wiebelen. Haar blonde haren dansen over haar rug en haar ogen geven licht. Ik buk zodat ik haar beter kan bekijken. Ze heeft een klein neusje en een gezicht dat ik ken als geen ander. Het is alsof ik naar mezelf kijk.
‘Mama, je hoeft niet bang te zijn, of verdrietig. Weet je dat ik heel gelukkig ben?’
Ik probeer te luisteren naar het kleine meisje dat voor me staat, naar mijn kleine meisje. Ik streel met mijn handen over haar haren heen. Mijn ogen vullen zich met tranen. Een zucht ontsnapt uit mijn mond. Ik wil haar vertellen hoe mooi ze is. Ik open mijn lippen, maar het lukt niet om er klanken mee te vormen.
‘Zeg maar niks. Ik weet wat je wilt zeggen, ik weet wat het is. Ik mis jou ook mama. Het spijt me dat ik niet bij je kon blijven, dat je me nooit in je armen hebt kunnen sluiten. Het spijt me.’
Als het fragiele meisje naar me toe stapt en haar armpjes om me heen slaat weet ik dat het goed zit. Ik leg mijn hoofd in haar nek. Ik probeer elk moment in me op te nemen, elke herinnering zal ik koesteren.
Vergeet je me niet mama? Ik ben altijd dicht bij, echt waar. Ik hou van je.
Ik klem mijn vuist nog een keer om mijn amulet heen en weet wat me te doen staat. Terwijl de ketting van mijn hals haal buk ik om hem Sophie om te doen. Elke eerste dochter krijgt de ketting van haar moeder. Sophie zal hem nooit kunnen doorgeven, maar tradities zijn er om gebroken te worden.
Alles van Sophie lijkt in goud te veranderen. Het amulet gloeit op haar borst.
‘Kom, mama, ik wil je iets laten zien.’
Het kleine meisje steekt haar hand uit. Twijfelend sluit ik mijn vingers om de hare en stap de kast in. Een wereld vol licht ontstaat om me heen en ik zie nog veel meer mooie dingen dan toen ik voor de kast stond.
Plotseling voel ik de wind door mijn haren waaien, gevolgd door een luide klap. Verschrikt draai ik me om. De kastdeuren zijn dichtgevallen. Bang ben ik niet, het kan me zelfs niks schelen. Misschien zit ik hier wel voor eeuwig opgesloten en hoef ik Sophie nooit meer alleen te laten.
‘Hier ben ik meestal. Als je in de hemel komt mag je één ding uitkiezen waar je heel erg aan gehecht bent. Ik koos jouw buik, meer heb ik in mijn leven niet gekend. En toen kreeg ik dit mandje. Precies even rond en warm. Elke avond rol ik mezelf op en word ik in slaap gewiegd. Maar nu ben jij hier en wil ik het mandje omruilen voor jou. Ik wil niet dat je nog eens weg gaat mama.’
Het doet me pijn om haar zo te zien. We willen allebei nooit meer weg, nooit meer weg van elkaar. Ik pak Sophie bij haar hand en begin te wandelen. Het is alsof ik de weg ken, ik loop zonder na te denken en eindig in een park. Onder de bloesemboom neem ik plaats en trek ik Sophie op schoot. Met mijn vingers aai ik door haar haren heen. Ze legt haar hoofd tegen mijn schouder aan en sluit haar ogen. Terwijl ik haar zachtjes heen en weer begin te wiegen zing ik een liedje voor haar. Nog nooit eerder voelde ik me zo intens verbonden met iemand, was ik zo gelukkig. Ik weet dat dit moment niet lang zal duren, het kan nooit zo zijn dat geluk voor eeuwig is. Ik geef een kus op haar kruin en buig met mijn hoofd naar haar oor toe. ‘Dag lief engeltje, tot snel.’
Ik sluit mijn ogen en adem diep in. Na enkele seconde voel ik een koude, harde vloer onder mij en het geluid van auto’s die over de snelweg razen. Ik ben weer thuis. Voorzichtig, bang voor de waarheid, open ik mijn ogen. Ik staar tegen twee grauwe eikenhouten deuren aan en betwijfel of ik niet gedroomd heb. Als ik op sta en mijn kleren wil afkloppen, zie ik een blonde haar die aan mijn bloesje kleeft. Een glimlach verschijnt op mijn gezicht en ik weet dat het geen droom was.
Nu is het mijn beurt. Mijn beurt op een speciaal persoon te vertellen over de kast.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen