3.

De volgende morgen wordt ik wakker door een irritant gepiep. Als ik me op mijn zij draai, besef ik dat het mijn telefoon is. Ik pak hem van mijn nachtkastje, en ontgrendel hem. Ik zie dat ik een sms'je heb van Heather. Ik ben al bij de jongens, zie je over een half uurtje. x."Ik kijk op de klok. Bijna tien uur. Ik leg mijn telefoon snel terug op mijn nachtkastje, en spring zowat uit mijn bed. Ik pak snel wat schoon ondergoed en kleren en loop door naar de badkamer. Na een tijdje onder de douche gestaan te hebben, stap ik er onder vandaan en droog me af. Ik trek mijn kleren aan en borstel mijn haar. Als ik op de klok kijk, zie ik dat ik nog wel even heb. Ik doe wat mascara op en loop dan de badkamer uit. Met mijn blote voeten loop ik richting mijn koffer om mijn sokken te pakken en vervolgens mijn schoenen aan te trekken. Ik kijk weer op de klok. Ik ben zenuwachtig. Ik bedoel ze zijn wereldberoemd. En ik ben normaal.

Na lang wachten - eigenlijk een kwartiertje - is het tijd. Ik trek mijn jas aan, en doe mijn sjaal om. Ik check of ik alles bij me heb, en loop dan de kamer uit. Ik klop nog snel even aan bij mijn ouders, en zeg dat ik naar Heather ben. Met mijn handen in mijn jaszakken loop ik naar beneden. Als ik me net bedenk dat ik nog niet gegeten heb, loop ik even snel langs de ontbijtzaal en pak een broodje. Ik loop snel het hotel uit, de koude lucht in. Op weg naar Heather en de jongens eet ik snel mijn broodje op. Ik kijk op mijn horloge, ik ben bijna vijf minuten te laat. Ik stap even stevig door. In de verte zie ik al een vage verschijning het is Heather. Als ze mij ook ziet loopt ze op me af. We geven elkaar een knuffel. "Je bent laat, weet je dat?" Ik glimlach even. "Wel modieus te laat."