Jeej nog een hoofdstukkie (:
Het gaat allemaal een beetje snel met Dolcine, heb ik het gevoel..
Reacties zijn altijd welkom :D

Na een lange pauze, waarbij de zon vlak boven de horizon straalt, komen Minica en Dolcine weer in beweging. Minica is die fee alweer vergeten, en haar humeur is weer helemaal goed. Dolcine merkt al dat het later wordt, ook al kan ze dat niet goed zien door de bomen.
‘Straks zullen de vuurvliegjes onze weg belichten,’ zegt Minica vrolijk.
‘Ah, leuk!’
In een rustige pas vervolgen ze hun weg door het bos. Vredige vogelgeluiden zweven door het bos. Dolcine wordt er helemaal slaperig van. Ze kijkt naar Minica, die oplettend rondkijkt, oppassend voor gevaar. Dolcine hoort wat geluiden achter zich, maar omdat Minica daar niet op reageert, neem Dolcine aan dat het geen groot gevaar zal zijn. Waarschijnlijk gewoon wat kleine diertjes. De bomen gaan dichter op elkaar staan, en de twee zussen zijn nu genoodzaakt achter elkaar te lopen. Het wordt als maar donkerder, en er vliegen al een paar vuurvliegjes rond. Dolcine, die goed op Minica let, ziet net op tijd dat ze weer stilstaat.
‘We worden in de gaten gehouden,’ zegt ze fluisterend. ‘Verroer je niet…’
Dolcine ziet hoe haar zus het gebied afzoekt, alle bomen en struiken langs. Dolcine kijkt vanuit haar ooghoeken ook wat rond. Hoe kan ze nou opmerken dat ze worden bekeken, als ze niet weet waar het vandaan komt, denkt Dolcine. Blaadjes ritselden, en er plofte iets op de grond, vlak bij hun. Instinctief pakte Minica haar boog en legde een pijl op de pees.
‘Wie is daar?’ sist ze. Het is akelig stil in het bos. Het hart van Dolcine begon te bonken, steeds sneller. Misschien had ze beter thuis kunnen blijven, in plaats van opdringen dat ze zo graag mee ging. Minica lijkt er geen problemen mee te hebben met de gedachte dat er gevaar dreigde wat ze niet kunnen zien.
‘Ah, het elvenvolk weer,’ zegt een stem, een jongensstem. Dolcine kan nog steeds niks zien, en ze heeft het gevoel dat Minica dat ook niet kan. Minica richt haar de pijl in de richting van waar de stem vandaan kwam.
‘Je bent wel een slim meisje, jij elfje,’ vervolgd de stem weer. ‘Mij opmerken zonder dat je me ziet. En ook nog even je pijl naar me richten.’
Langzaam wordt een silhouet zichtbaar van de jongen. Eindelijk kan Dolcine de jongen zien. Een redelijk lange jongen, met bruin haar. Ze moet blozen, en ze heeft het gevoel dat de jongen het door heeft, want hij begint te grijnzen naar haar.
‘Wie ben je, en wat doe je hier,’ zegt Minica zelfverzekerd, nog steeds haar pijl gericht op de jongen.
‘Rayundo, ik ben alles hier in de gaten aan het houden,’ zegt hij. ‘Je mag je pijl nu wel weer wegstoppen.’
Minica doet niks, alleen kijkend naar de ogen van Rayundo. Dolcine merkt op dat de ogen van Rayundo helder blauw zijn en raakt helemaal in gedachte verzonken. Rayundo loopt naar Dolcine toe, met een oogverblindende glimlach op zijn gezicht.
‘En hoe heet jij?’
Dolcine, die met wazige ogen naar hem heeft zitten staren, krijgt ook een glimlach op haar gezicht.
‘Dolcine,’ zegt ze zachtjes en ze kijkt vluchtig naar de grond. Minica kijkt doordringend naar Rayundo, haar pijl nog steeds strak op hem gericht.
‘Ik zou niet te dichtbij haar komen,’ zegt ze waarschuwend.
‘Vertrouw me toch,’ roept hij uit.
Zonder er bij na te denken pakt Dolcine zijn hand vast, ‘ik vertrouw hem.’ Rayundo moet lichtjes blozen van haar actie, ‘Dank je, je hebt een goed hart.’ Verwachtingsvol kijken de twee naar Minica, maar die geeft niet toe.
‘Ik zou haar maar loslaten als ik jou was.’

Reageer (1)


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen