Verlies - 62
“Heeft u een beslissing genomen?”, vroeg Yue aan de vuurheer. Ze leek kalm, maar ik kende haar intussen voldoende om te weten dat dat maar schijn was.
“Jazeker. Voorlopig gaan we akkoord met uw voorwaarden. Maar ik eis dat een van mijn soldaten hier blijft, als tussenpersoon voor mogelijke communicatie.”
“Daar kan ik mij in vinden”, zei Yue kalm. “Maar dan wel onder mijn voorwaarden.”
“En wat zijn die voorwaarden dan?”, vroeg de vuurheer kwaad.
“Dat zal afhangen van wie u hier achterlaat en zijn of haar gedrag.”
“Ik dacht aan Lizzie, aangezien zij hier de gewoontes toch al kent”, spotte de vuurheer.
“Mij goed”, zei Yue. “Dan kan ik haar terugpakken omdat ze mijn vertrouwen heeft geschaad.” Ze wendde zich tot mij. “Denk maar niet dat je zo vrij zal zijn als je was. Je blijft op je kamer en het enige wat je mag doen is brieven ontvangen. Een brief sturen kan enkel met toestemming.” Ik boog mijn hoofd.
“Goed”, was de vuurheer gedwongen in te stemmen. Bingo! Zo kon ik nog niets in mijn brieven zetten als de prinses me al wat terug begon te ‘vertrouwen’, ze kon nog steeds de brieven nalezen. Ik zou enkel over een maand een stiekeme brief moeten sturen naar de vuurheer. “Mannen, breng de gevangenen weg”, beval hij.
“Wacht!”, riep Yue. “Geef hen nog een uur om afscheid te nemen van vrienden en familie. Alstublieft.”
“Goed dan, een uur”, stemde de vuurheer in. “Over een uur komen we iedereen halen.” Hij beval zijn soldaten het paleis te verlaten. Slechts enkelen bleven, om te contoleren dat niemand vertrok. Ik bleef ook.
“Thomatio, Joachim, breng die boodschapster naar haar kamer.” Ze wees naar mij. Thomatio liep meteen op me af, gevolgd door Joachim. Ruw grepen ze me beet en sleurden me de troonzaal uit. Op de gang liet Thomatio me los. Joachim klemde mijn arm nog steeds stevig vast.
“Dat doet pijn”, zei ik hem.
“Bevel van de prinses”, zei Joachim.
“Laat maar los, Joachim, ze is te vertrouwen. We moeten alleen doen alsof we haar niet vertrouwen, zodat de vuurheer niets in de gaten krijgt.” Tegen zijn zin liet Joachim me los.
“Bedankt”, glimlachte ik.
“Thomatio, mag ik terug?”, vroeg Joachim zacht. “Ik moet afscheid nemen van mijn vader.” Thomatio aarzelde even.
“We brengen eerst Lizzie naar haar kamer, anders valt het op”, zei Thomatio. Ik knikte en wandelde meteen zo snel ik kon naar mijn kamer. Thomatio sloot de deur achter me en deed hem op slot. Ik hoorde hoe ze zich meteen terug haastten.
Reageer (4)
Wat zijn ze toch weer heel erg slim.
1 decennium geledenKnap gedaan Lizzie en Yue!
Ahh, snrel verder
1 decennium geledensnel verder <3
1 decennium geledenomg
1 decennium geledensnel verder