*21: valse schijn
Ik schirjf deze dus nog af, en misschien nog eentje, voordat de examens eraan komen dinsdag.
Veel geluk met die van jullie!!
'Natasha?' Hij knipperde even met zijn ogen, alsof hij recht in de zon keek. Ik knikte, dit leek best positief, dacht ik. Wat ik helemaal niet verwacht had was dat hij naar voren boog en me heel intiem begon te zoenen. Ik werd overstelpt en bleef gewoon staan. Mijn ogen wagenwijd open, mijn armen slap langs mijn lichaam. Hij boog terug.
'Je bent geweldig.' Fluisterde hij. Ik grijnsde, het moest er een beetje raar uit gezien hebben, aangezien hij mijn hand nam, en knipperde weer met mijn ogen. Ik had niet verder gedacht dat hem gewoon die chocolade te geven. De uitwerking begon iets minder hevig te worden, in plaats van verliefd op het psychopathisch niveau, keek hij nu naar me als een dolverliefde puber. Het liefst een dolverliefde puber die alles deelde met zijn vriendinnetje.
'Wil je even gaan wandelen?' Vroeg ik zo charmant mogelijk toen ik bekomen was van de verrassing. Het liefst wilde ik de smaak van zijn lippen van de mijne krijgen, maar daar kon ik nu niets aan veranderen. Ik kneep voor de vorm even in zijn hand.
'Ja, natuurlijk, voor jouw alles.' Ik glimlachte, ietwat hooghartig, en vooral trots omdat ik degene was die Harry Potter had weten te misleiden.
Vlak bij het Grote Meer was een vrije bank. Net als een echt stel gingen we zitten en hij legde zelf zijn vast rond mijn blote schouders. Hope snoof erin, maar rende toen naar mijn benen en ging op mijn linkerbeen liggen, met haar hoofd onder mijn blouse. Razendsnel was een plan zich in mijn hoofd aan het uitwerken. Ik was eindelijk aanbeland aan fase twee van mijn plan, maar had geen enkele aanwijzing over hoe ik daaraan moest beginnen. Hoeveel kansen had ik? Hoe ver kon ik gaan?
Hope kroop met haar hoofdje vanonder mijn blouse en keek me aan. Ze was vast moe. Het voelde letterlijk alsof ik een lichtje boven mijn hoofd zag oplichtten. Op slag begon slag begon ik te huilen.
'Natasha? natasha, wat is er?' Ik schudde mijn hoofd en huilde vals verder.
'vertel het me!' Harry ging voor me zitten, op zijn knieën, en keek me smekend aan. ik snikte ongestoord verder en keek weg van zijn smekende blik.
'Niets, ik dacht gewoon aan..' Nog een keertje, als hij het nog een keertje vroeg, zou ik beginnen stotteren en medelijden wekken. Dit plan was zo geslaagd als vis met boter.
'Vertel het me dan!' Hij kermde het bijna uit, goh, die liefdesdrank was goed...
'Het i..is g-gewoon... Ik kan niet met je omgaan...' Ik snikte verder en hield mijn hand voor mijn gezicht, voordat ik in lachen zou uitbarsten om zijn blik.
'Waarom niet. Natasha, wij zijn voorbestemd.' dat dacht hij tenminste. Ik kon een lichte walging niet onderdrukken, het speet me dat ik dat deel van mezelf niet aan kant kon schuiven, het deel dat aangeboren haat nog steeds normaal vond. Ik stond op, net zoals alleen een echte drama-queen dat kan doen.
'Mijn vader... Hij wil het niet. Ofwel ga ik met jouw, ofwel ga ik deze vakantie naar huis..' Ik snikte weer verder, het klonk allemaal zo fake dat ik er me over verbaasde dat hij het zelf nog maar geloofde. Hij keek weg en slikte. Ik vond mijn rol als afgedaan, nu had hij tijd nodig om te denken.. Voor zover hij dat kon. Ik liep weg, nog even snikkend, tot hij uit het zicht was. Dan nam ik Hope uit mijn zak en drukte haar tegen mijn hals aan, ze was lekker warm en zacht.
'Was het een beetje goed, Hope? Misschien zie je mijn familie met Pasen.' Ze snuffelde even tegen mijn hals en ging toen op mijn schouder liggen.
Ik sloeg het avondeten over en ging rechtstreeks naar bed, blij met de vooruitgang die ik vandaag geboekt had begon ik te denken over een briefje naar Villa Malfidus. Waarschijnlijk zouden ze blij zijn met mijn vooruitgang. Toen ik na een uur nog steeds niet in slaap viel, greep ik vlug een veer en perkament en begon met schrijven.
Ik ben door Potters verdediging heen, zelf zijn vrienden zullen hem nu niet meer kunnen helpen.
Natasha
Omdat ik zelf geen uil had, liep ik naar de uilenvleugel, zonder Hope dit keer. Zelf de uilen die tijdens het ontbijt de post komen brengen, joegen haar altijd schrik aan. Nadat ik het briefje aan een giga-grote uil had geplakt en hem had gezegd waar hij moest zijn, ging ik terug naar bed. Eindelijk leek mijn slaap op te komen en vredig viel ik in slaap met Hope's hartje bonzend tegen mijn buik.
Er zijn nog geen reacties.