Foto bij #5 Something goes wrong

Het kasteel was vanbinnen prachtig ingericht. Gigantische tapijten met patronen lagen overal op de vloer. Reusachtige open haarden stonden in veel kamers. Kroonluchters hingen aan de plafonds, en overal hingen prachtige schilderijen. Ik was zo om me heen aan het kijken dat ik niet merkte dat we stil stonden, dus ik liep tegen de man voor me aan. Hij keek dreigend achterom. 'Ik zal jou eens...' zei hij terwijl hij zijn arm boven zijn hoofd hief. Je denkt nu: Wat een overdreven reactie. Maar dat viel wel mee, want dit was al een paar keer eerder gebeurd. Mijn gezicht kleurde rood. 'Sorry,' piepte ik. Net toen de man zijn vuist op mij wou planten, begon Denise te praten, waardoor hij zich boos omdraaide. Ik ging snel bij mijn ouders wat meer vooraan staan. 'Dit kasteel is ongelofelijk oud. Waarschijnlijk hebben hier generaties van koninklijke families gewoond, al sinds de tiende eeuw.' Denise was even stil. Ze keek een beetje zenuwachtig. 'Dit kasteel is alleen niet zolang geleden pas ontdekt, terwijl dit toch best een drukke toeristische streek is.' Ze ratelde alles toonloos uit haar hoofd op. 'Er zijn onderzoeken gedaan naar de kunst in dit kasteel. Eerst dacht men dat het portretten van mensen waren.' Ze sloeg haar ogen neer en praatte verder in één adem: 'Maar toen ze beter keken, zagen ze dat het onmogelijk was, omdat de personen op de schilderijen niet menselijk zijn.' Ik keek om me heen. Behalve ik leek niemand te merken dat Denise raar deed, of het lag aan mij natuurlijk. Ik keek naar Denise, ze staarde naar de grond. Nee, ik wist zeker dat het niet aan mij lag. Ik keek naar het schilderij dat naast me hing. Hoezo niet menselijk? Ik fronste mijn wenkbrauwen. 'Denise, hoe bedoel je "niet menselijk"?' Denise keek op van haar interessante stukje grond en ze kleurde helemaal rood. 'Ehm, verderop hangen schilderijen van zeemeerminnen.' Ze keek me met een blik aan die ik niet goed kon thuisbrengen. 'O,' was het enige wat ik terug antwoordde. Denise ging snel weer verder met praten, we liepen een trap af naar beneden. Ik was ondertussen nog steeds druk aan het kijken of ik ergens een schilderij van een zeemeermin zag, maar tot nu toe tevergeefs. De rest van de rondleiding was ik er met mijn gedachten niet echt bij, nog steeds had ik geen zeemeerminnen gezien. 'Wij gaan even daar kijken hoor, lieverd.' Papa en mama liepen weg, en ineens realiseerde ik me dat ik in een grote zaal stond. Denise kwam bij me staan. 'Je bent aan het zoeken naar zeemeerminnen.' Het was geen vraag, maar een conclusie. 'Ja.' Ze keek wanhopig naar het gigantische plafond. 'Kom maar mee dan.' Ze leidde me naar een grote deur, een andere dan de deur waardoor we binnen kwamen. Onderweg kwamen we mijn ouders tegen. 'Waar gaan jullie heen?' vroeg mama verwonderd. Voor ik mijn mond open kon doen, zei Denise: 'Ik laat Luna even zien waar de toiletten zijn.' Voordat ik er iets tegen in kon brengen, trok ze me aan mijn arm weer mee. De vriendelijke lach die ze had toen ze tegen mijn ouders sprak, was ook weer verdwenen. Het maakte me een beetje bang. De deuren gleden geluidloos achter ons dicht. Denise liep naar een deur, die ik nog niet eens had gezien totdat ze hem open deed. We liepen een steile trap op en kwamen in een grote kamer. De kamer was groter dan ik had gedacht, ik bedoel, onzichtbare deur, een mini-trap en dan zo'n kamer erachter. Ik verwachtte meer het formaat van een kledingkast. Sprakeloos keek ik om me heen. Overal hingen schilderijen, van mensen. Denise keek me aan. 'Schilderijen,' zei ik, terwijl ik haar raar aankeek. Haar gezichtsuitdrukking veranderde. 'Kijk beter, Luna!' Opeens vroeg ik me af hoe ze mijn naam wist, ik had hem niet verteld, maar ik besloot er niks over te zeggen. Ik liep naar een van de schilderijen toe. Ik keek, niks onmenselijks. Ik staarde naar het doek, op de een of andere manier wilde ik Denise niet weer laten zuchten. Ze zuchtte toch. 'Ik zei zonet ook al "toen ze beter keken". Op het eerste gezicht lijkt het gewoon een uitzonderlijk knappe vrouw, geschilderd door de beste schilder die er ooit bestaan moet hebben.' Ik knikte langzaam. Ze kwam naast me staan. 'Maar kijk.' Haar vingers gleden over het doek. 'Kijk naar de achtergrond, kijk beter.' Ik keek beter. De achtergrond was blauwgrijs, ik deed een stapje dichterbij. Ik focuste me compleet op de achtergrond. En toen zag ik de zeebodem. Op het eerste gezicht zag je het niet, daarna ook niet. 'Je ziet het,' concludeerde Denise. Ik knikte sprakeloos en deed een stapje achteruit. 'Het ziet eruit als alle andere schilderijen, maar nu zie ik het,' zei ik verwonderd. 'Nee,' zei Denise. 'Alle schilderijen in het hele kasteel zijn zo, maar we moesten er een paar laten hangen zodat het niet opviel dat er heel veel weg zijn.' Terwijl ze het zei, realiseerde ik me pas dat er hier wel honderden schilderijen waren. En zonder enige moeite zag ik nu overal de zee. Ik hoorde Denises hakken tikken op de grond en ik draaide me om. Denise stond naast een schilderij dat wel twee keer zo groot was als zijzelf. Ik liep naar haar toe. 'Dit is het meest waardevolle schilderij in het kasteel, omdat het zo groot is én omdat het zo duidelijk is. Je kan geen portret maken van iemand, en er vervolgens vissen bij maken.' Ik keek naar het meisje op het doek. Ze leek niet oud, met prachtig, lang haar en donkere ogen. Het schilderij was prachtig, en net als bij de andere schilderijen zag je haar alleen van haar borst tot en met haar hoofd. Het enige verschil was dat er gouden vissen om haar hoofd heen zwommen. Denise bestudeerde mij terwijl ik sprakeloos naar het doek staarde. 'Het lijkt zo echt,' stamelde ik. 'Alsof het meisje elk moment kan bewegen en de vissen zo verder zwemmen.' 'Ja,' glimlachte Denise. Ik keek haar verward aan. 'Waarom is het zo raar dat er vissen bij geschilderd zijn?' 'Alle schilderijen in het kasteel zijn van zogenaamde zeemeerminnen. Op zichzelf niet raar hé?' Ik schudde mijn hoofd. 'Maar het fabeltje van de zeemeerminnen wel, want dat is pas veel later bedacht.' Voordat ik kon vragen hoe ze dat allemaal wist, vertelde ze het zelf al. 'Onderzoekers hé,' zei ze glimlachend. 'Weet je, Luna, ik was erbij toen dit kasteel ontdekt werd.' Ze slikte. 'Ja, weet je hoe we het aantroffen?' Zonder op antwoord te wachten, ging ze verder. 'Precies in dezelfde staat als nu, alleen wat stoffiger. Precies!' Ik keek haar niet begrijpend aan. 'Het ziet er toch uit alsof er nog in geleefd wordt,' verklaarde ze. Ik knikte. In de grote zaal had ik nog gezien dat er as in de open haard lag, alsof hij net nog aan was geweest. 'Heb je de open haard gezien?' Ik knikte verwonderd dat ze wist dat ik daaraan dacht. 'Hij ziet eruit alsof hij gister nog aan is geweest, maar de laatste keer was honderden jaren geleden. En weet je wat ook raar is? Toen we hier kwamen, waren de sporen nog duidelijker, alsof het vuur net was gedoofd. Maar nergens was ook maar een spoor van de mensen die er geleefd hadden. Dachten we. Een paar week geleden kwamen we achter het zeemeerminnen ding...' Midden in haar zin vloog ineens de deur open. Ik schrok me helemaal kapot, maar Denise draaide zich rustig om. Ik kleine, gezette man met een bril kwam binnen. Hij fluisterde wat tegen Denise en ging weer, zonder mij een blik waardig te keuren. 'Sorry daarvoor hoor.' Ik keek haar zo verbaasd aan dat ze moest lachen. 'Henry kwam me vertellen dat ze iets belangrijks te weten zijn gekomen over de bewoners.' Ik keek haar verwachtingsvol aan. 'In de tijd dat zij hier waarschijnlijk geleefd hebben, zijn er veel veldslagen geweest in dit gebied. De mensen zijn waarschijnlijk gevlucht voor iets.' Ze keek ongelofelijk blij, maar ik keek haar raar aan. 'Wat is er?' Ik werd een beetje boos. 'Wat is er? Natuurlijk zijn jullie al jaren bezig, als jullie "ontdekkingen" allemaal zo zijn, vind ik dat niet heel gek. Natúúrlijk zijn die mensen gevlucht, ze zijn heus niet in rook opgegaan!' Denise keek me verdrietig aan. 'Nee, natuurlijk niet. Zullen we dan maar verder gaan met de rondleiding?' Voor me uit liep ze de trap af. 'Doe jij de deur even achter ons dicht?' Ik keek nog een keer om naar het gigantische schilderij van de zeemeermin. Het leek alsof ze in een andere houding stond dan net, maar door alle verhalen die ik net had gehoord, was het waarschijnlijk mijn verbeelding maar geweest.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen