1.

Louise Alicia Mac Kibbin

“Louise, neem jij de popcorn mee uit de keuken?” “Ja, is goed!” Schreeuw ik vanuit de keuken. Een beetje onhandig loop ik met de popcorn en de cola fles naar de woonkamer. Ik zet alles op tafel neer terwijl Lori de film aan zet. Lori en ik zijn een eeneiige tweeling. Gezellig, maar ook irritant. Iedereen haalt ons altijd door de war, maar na een tijdje weten ze meestal wel wie- wie is.
Een beetje verveeld kijk ik naar Valentine’s Day. Ik heb die film al 10.000 keer gezien. Ik kijk naar Lori die geïnteresseerd naar de film kijkt.
Ik schrik op als ik mijn telefoon in mijn zak voel trillen. Ik zucht en neem dan op. “Met Louise.” “Hallo, met Justin Bieber.” Ik schrik als ik zijn naam hoor en ga meteen recht zitten. “Ben jij Louise Mac Kibbin?” Ik knik maar bedenk me dan dat hij dat natuurlijk niet kan zien. “Euuhm.. Ja.” Ik hoor de telefoon ruw uit Justin’s hand word getrokken. “Met Selena Gomez.” Hoor ik een vrolijke stem. “Jussie en ik zouden jou willen als wedding planner.” “Oke, dat kan.” zeg ik terwijl ik zo rustig mogelijk probeer te blijven. Ik loop naar mijn tas waar ik mijn agenda uithaal. Met mijn agenda ga ik terug op de bank zitten. “Waarneer kunnen jullie voor de eerste meeting?” Ik hoor Selena aan de andere kant van de lijn overleggen. “Is morgen rond 1 uur goed? Zullen we dan gewoon in de Starbucks afspreken?” Ratelt Selena aan een stuk door. “Euuhm.. Ja is goed. Tot dan.” “Tot dan.” Hoor ik Selena zeggen voordat ze op hangt.
“OH MY GASH!” Gil ik. Mijn zus gunt me een geïrriteerde blik die ik besluit te negeren. Ik dans door de woonkamer en laat me daarna weer vallen op de bank. “3 keer raden wie mij net belde!” Schreeuw ik. “Meneer Kanhetwatzachter?” Mompelt Lori nog steeds geïrriteerd. “Nee, nog 2 keer” zing ik. “Ugh, ik geef op.” Spelbreker. Lori richt zich terug naar de tv. Ik laat een diepe zucht horen. “Wat?” Vraagt Lori me. “Wil je nou nog weten wie mij belde?” “Euhm.. Oke” “Justin Bieber!” Schreeuw/zing ik. Mijn zus kijkt me verbaasd aan. “Dat meen je niet!” “Toch wel!”