Chapter 12

‘Wat is er gebeurd?’ Vroeg ik aan de Cullens en Leanne.
‘Ik weet niet wat er was gebeurd, maar we denken dat je buitenwesten was. Eerder gezegd, dood.’ Zei Carlisle. Hij keek me onderzoekend aan. Emmett stak zijn hand behulpzaam uit. Ik pakte Emmett zijn hand vast en hij trok me behendig omhoog.
‘Dankje.’ Zei ik.
‘Wat was er gebeurd, wat zag je?’ vroeg Leanne zacht.
‘Ik weet het niet precies. Ik was eerst in een donkere ruimte waar ik niets, maar dan ook echt niets kon zien. Ik zag ineens een zacht lichtje aan het einde van de ruimte. Daar liep ik naar toe en ik hoorde mensen mijn naam fluisteren.’ Ik keek de groep rond die met ingehouden adem naar me luisterde.
‘Er stond een silhouet van een vrouw voor het licht en toen ineens grepen allemaal zwarte armen mij vast en trokken me naar achter toe.’ Ik keek nog eens de groep door en zag de Volturi nergens.
‘Ik denk dat je dood was en we je terug hebben gehaald uit de dood.
Oké, je bent dood maar niet volledig.’ Zei Carlisle en hij keek vaag langs ons af.
‘Waar is de Volturi en waar is Bonnie?’
‘De Volturi is Bonnie achter na en wij moeten naar huis.’ Zei Edward. Hij rende voorop met Bella en Carlisle. Leanne keek me nog steeds bezorgd aan.
‘Jack, dadelijk wil ik je even spreken.’ Zei Leanne zacht. Ik knikte en we rende de zelfde weg terug.