--{-@(7)@-}-- Its our own fault.
Luid snikkend zakte ik door mijn benen, verwachte nog een koude opmerking van Xave. Die kreeg ik echter niet, het bleef akelig stil. Het was nog erger dan naar me te schreeuwen, omdat ik de druk gewoon kon voelen. Net op het moment dat ik alle controle leek te verliezen, suste Esaya me. Een felle blik verscheen in zijn ogen, was gericht op Xave, terwijl hij me dicht tegen zich aan drukte. ‘Wegwezen, Iedereen! Ze heeft genoeg gehad.’ Gromde de jongen, draaide me zo dat ik beschermd werd door zijn lichaam. De mensen verroerden echter nog steeds geen vin, waarna er een dierlijke grom mijn broers keel verliet. Kiba ondersteunde hem direct, maar Xave kon alleen maar lachen. ‘Daag je me nu uit?’ spotte hij, nog na grinnikend, daagde hem op zijn beurt uit. De jongste van de twee bleef echter kalm, deed niet onder voor hem en wendde zijn blik dan ook niet af. ‘Nee, ik doe wat jij zou moeten doen. Ik bescherm haar. Ze wil niet. Dat maakt ze goed duidelijk en weet je wat? Dat is onze eigen schuld. Waar waren wij toen ze ons het meest nodig had? Niet waar we moesten zijn, niet bij haar. Ze heeft het recht om bang te zijn. Dat zou ik ook zijn. En woedend op mijn roedel omdat ze gefaald hadden. Nou oprotten!’ De woeste blik van Xave gleed nog een keer naar mijn betraande gezicht, waarna hij de kamer verliet, op de voet gevolgd door alle anderen. Ze waren weg, maar voor hoe lang? Het antwoord wilde ik niet eens weten. Om te kalmeren drukte ik mijn hoofd in mijn broers shirt, maar het hielp niets. ‘Stil maar Rain, ze laten je wel even met rust, ze hebben mijn hint begrepen.’ Dankbaar knikte ik, kwam weer uit de stof tevoorschijn, wreef de overgebleven tranen weg. 'Dank je Esaya…’ fluisterde ik hees. De jongen knikte, wreef me over mijn haren, waarna hij opstond, de kamer uitliep, met Kiba trouw achter zich aan. Zodra de deur dichtklapte, dacht ik weer terug aan de druk die Xave op me uitoefende, brak ik weer, barstte weer in snikken uit. Waarom lieten ze me niet gewoon met rust? Nee, is nee, Ik was toch duidelijk? Mijn wanhopige snikken galmde door de ruimte, werden echter overstemd door geschreeuw van buiten. Het maakte me nieuwsgierig, liet me mijn tranen afvegen. Afwezig liep ik naar het raam, schoof daar de gordijnen een centimeter opzij om te kunnen gluren. Al het geluid kwam van de roedel en de nevenroedel die aan het stoeien waren. Het was een hels kabaal, maar iedereen leek lol te hebben. Uit het niets keek Esaya op, glimlachte, wenkte me. Ook de witte wolf naast hem keek op, blafte, kwispelde blij met zijn staart. Ze wilden me erbij hebben, maar ik kon het niet, niet als ze me dwongen. ‘Koppig kind.’ Hoorde ik uit het niets achter me. Geschrokken draaide ik me om, zag mijn opa staan. ‘Geef toch toe aan je bloed.’ Wild schudde ik mijn hoofd, stapte naar achteren, liet mijn rug tegen het koude glas rustten. ‘Nee. Ik ben geen wolf, en ik word geen wolf! Heb je dat goed in je oren geknoopt!’ Mijn opa’s blik verduisterde met elk woord, tot zijn ogen pikzwart leken. ‘Blijf dan maar hier zitten. Net zo lang tot je goed beseft wie je bent en waar je hoort: Bij je roedel.’ De oude man beende weg, liet me zowel woest als verslagen achter. Hoe konden ze me straffen omdat ik iets niet wilde, ik bang was voor de veranderingen? Woest smeet ik het boek, dat naast mijn bed lag, tegen de muur, begon daarna luid en wanhopig te snikken. Mijn benen konden alle emoties niet meer dragen, bezweken, waarna ik me oprolde op het matras. Ik voelde me zo vreselijk alleen. Waarom spande iedereen samen tegen me? Waar had ik dit alles aan verdiend? Had ik dan echt iets verkeerd gedaan? Alles leek op mijn hoofd in te beuken. Ik wilde gewoon normaal zijn, ik wilde gewoon rust.
Reageer (3)
ge-wel-diigg <3 omg i love it<3
1 decennium geledenArme Rain. Ik hoop dat het snel beter wordt voor haar.
1 decennium geledenSnel verder!
Yaay
1 decennium geledenSnel verder (: