O46.

Anne zucht luid en hoorbaar, Harry's hoofd schiet op van mijn blik en stopt met aaien door mijn haar. "Huur een kamer?" grijnst ze enorm sarcastisch en lachend. Harry haalt zijn schouders op. "We zijn al wel weg.." stelt hij haar gerust en hij trekt me recht uit de zetel.
"Waar gaan we heen, Hazza?" vraag ik, nu pas merk ik hoe moe ik nog wel niet ben. Mijn benen wankelen nog lichtjes en mijn hoofd voelt nog slaapdronken aan.
"Ah, je ziet er nog zo moe uit." negeert hij mijn vraag door daarna op het puntje van mijn neus een kusje te planten.
"Zeg, gingen jullie niet weg?" vraagt Harry dan aan zijn moeder. Ze knikt. "Zodra je stiefpa die badkamer uitkomt zijn we weg."
Ze grijnst blij, die hadden waarschijnlijk een geweldige dag voor de boeg.
"Ahaaaa.." zegt hij suggestief, hij dropt me weer in de zetel en instinctief trek ik mijn benen op en leg ik mijn hoofd op de leuning, misschien was ik net iets te laat gaan slapen.
Hij loopt weg en ik hoor hem de trap op stormen. "Pa!" gilt hij enthousiast terwijl hij tegen een deur bonkt. Deze gaat al snel open. "Wat is er, Harry?" zijn stem klinkt ook vermoeit.
"Mama gaat vertrekken." zegt Harry snel, Hij en zijn stiefpa komen de trap af gelopen recht de woonkamer in.
Anne draait vermoeit met haar ogen maar knikt dan. "Goed, Goed, we zijn al weg."
"Tot maandag, lieverd." Ze duwt een kus op zijn wang. Ze gingen dus een heel weekend weg?
"maandag!" zegt Harry snel terug, hij knuffelt haar en zwaait naar zijn stiefpa als ze de voordeur uitgaan.
éMaandag?" vraag ik, terwijl ik suggestief met mijn wenkbrauw wiebel.