XLI
Alice Potter
Zenuwachtig loop ik de trap af, mijn lessen vandaag heb ik met moeite doorstaan, maar ik heb mezelf beloofd tijdens de lunch naar James te gaan. Even blijf ik onderaan de trap staan, maar dan besluit ik toch mijn bezoek aan de Ziekenzaal nog wat uit te stellen door eerst een broodje te gaan halen.
In gedachten verzonken loop ik naar de tafel van Griffoendor, waar ik willekeurig ergens ga zitten en een broodje pak. Ergens hoor ik vaag mijn naam, maar als ik dat eindelijk besef en opkijk, zie ik dat Rose en Lucy al naar me toe komen lopen. Ik glimlach even naar ze. Fijn, dat wordt dus niet rustig wat eten voordat ik naar James moet.
‘Alles goed?’ vraagt Rose vrolijk, nadat ze naast me is gaan zitten.
‘We misten je bij Kruidenkunde,’ vervolgt Lucy. ‘Maar we lopen nog op schema, hoor. Als jij je opdrachten ook af hebt?’ Ze kijkt me even aan en haar blik verandert van vrolijk naar geschrokken. ‘Wat is er?’
Met mijn ogen op de tafel gericht, haal ik even mijn schouders op. ‘James,’ zeg ik, mijn stem klinkt schor, ‘ligt in de Ziekenzaal.’
‘James? Je broer?’ vraagt Rose geschrokken.
Ik knik en kijk naar haar op, waardoor mijn blik valt op Sirius, die net de Grote Zaal binnen komt lopen. Als hij me ziet kijkt hij me vragend aan, maar hij komt niet naar me toe, in plaats daarvan blijft hij bij de deur staan.
‘Ik ga nu naar hem toe,’ zeg ik, en sta op.
Als Rose en Lucy ook opstaan kijk ik ze verbaasd aan. Zeg alsjeblieft niet dat ze mee gaan.
‘Geen zorgen.’ Rose glimlacht naar me. ‘We gaan alleen aan onze eigen tafel zitten.’
‘Oh.’ Ik voel dat mijn wangen rood worden en richt mijn blik weer op de tafel.
‘Succes.’ Lucy legt een hand op mijn arm. ‘Wens hem maar beterschap.’ Ze glimlacht nog even en loopt dan achter Rose aan.
Ik haal nog een laatste keer diep adem en loop dan op Sirius af. ‘Ik ga nu naar hem toe,’ mompel ik als ik langs hem loop.
Hij grijnst en komt naast me lopen.
‘Alleen, Sirius,’ zucht ik.
‘Ik geloof je niet.’
‘Sirius.’ Ik blijf staan. ‘Alleen of niet.’
‘Oké, oké.’ Hij steekt verdedigend zijn handen omhoog. ‘Ik ga al weg.’ Hij grijnst en loopt een paar stappen achteruit, waarna hij zich omdraait en door de deuren van de Grote Zaal verdwijnt.
En toen klikte ik per ongeluk op inactiveren bij het vorige hoofdstuk
Ghehe
<3
Reageer (30)
Hihi
1 decennium geledenSnel verder! <3
Siertje iseen cutertje
1 decennium geledenHEUL SNEUL MEEUR?
AAa. snel verderr!!
1 decennium geledenverder please senlverder!!
1 decennium geledenIK WIL MEEEEEEEEEEEEER (a)
1 decennium geleden