Een donker hol
Ik liep op een draf pas achter Ranless aan. 'Waar gaan we heen?' vroeg ik. Hij zei niks maar aan zijn reactie kon ik zien dat hij meende wat hij had gezegt. Hij liep een donker hol binnen, even twijfelde ik. Echt geweldig vond ik donkere dingen ook weer niet. 'Moeten we echt daarin?' vroeg ik een beetje bang. Ranless kwam terug lopen. 'Je hoeft niet bang te zijn, ik ben bij je!' hij lachtte naar me. Het voelde weer vertrouwt dus liep ik zonder twijfelen achter hem aan. Niet veel later waren we bij een verlichte plek. Dit was een van de plekken die ik vaak in mijn dromen zag. Ranless gebaarde dat ik moest gaan zitten, zonder na te denken nam ik plaats op een steen. 'Je wilt natuurlijk weten waarom we weg moesten en waarom ik zoveel van je weet?' ik knikte alleen even kort. 'Nou kijk, als eerste je ouders hebben het nogal druk.' hij leek even te twijfelen. 'Je ouders.. ze zijn.. niet je echte ouders.' ik keek hem geschrokken aan: 'Wat...wat bedoel je?' stoterde ik. Ranless keek bezorgd: 'Vlak na je geboorte hebben je echte ouders je weg gegeven aan deze mensen, in de hoop dat je veilig kon opgroeien. Dat is ook zo gegaan, maar nu zijn er mensen die iets te veel over jouw weten.' ik keek hem vragend aan. 'Ik volg je niet.' kon ik alleen maar zeggen, ik was verbaasd maar ook nieuwsgierig. 'Waarom moest ik veilig opgroeien? En waarom zijn mijn ouders nu dan zo druk?' Ranless liet zijn hoofd even zakken en zei zacht: 'Ik dacht al dat je me zou onderbreken.' nu iets harder vervolgde hij: 'Mag ik verder gaan?' ik knikte. 'Je hebt toch vaak dromen en je zit toch nog vaak in over ruzies?' weer knikte ik alleen maar. 'Het is vandaag precies 15 jaar geleden dat ze jou hebben geadopteerd. Het was al voorspeld dat je terug zou gaan naar je geboorte land...' ik onderbrak hem ruw: 'Wow...stop, wacht, halt... Mijn geboorte land?' ik keek Ranless even vreemd aan. Hij keek me met opgetrokken wenkbrauwen recht aan. 'Ik ga stopen met het vertellen.. Ik ga het je laten zien.' nog voor ik wat kon zeggen had hij me vast en zei dat ik hem moest vertrouwen. Ik sloot mijn ogen en zei tegen mezelf dat dit vast weer zo een droom was.
Er zijn nog geen reacties.