*14.2*~ Blijf Alsjeblieft
Ze stond tegen me aan en huilde. Ik wist niet wat ik moest doen. Het begon zachtjes te regenen en ik nam haar mee naar huis. “Seth, ik wil niet naar huis.”, zei ze na een lange stilte. Ze zat op de bank en staarde voor zich uit. “Waarom ga je dan?”, vroeg ik. “Ik wil nergens heen.” “Ik snap dat je niet bij Jake in de buurt wilt zijn, maar...” “Je begrijpt het verkeerd.” Plotseling snapte ik waar ze heen wilde. “Doe het niet.”, zei ik. “Waarom, Seth, het kan me niks meer schelen. En er is niemand meer die om mij geeft!” Ze begon steeds harder te praten. Ze zat nog een half uur tegen mij aan te snikken. “Breng je me alsjeblieft naar Tiffany?”, vroeg ze toen. “Tuurlijk.”
Ik had een vreemd gevoel toen ze naar binnen liep. Haar woorden bleven door mijn hoofd spoken. Ik liet me doodmoe op bed vallen. Ik moest vroeg op om een wachtronde te lopen, maar ik kon niet slapen. Ik was bijna in slaap gevallen toen er een harde piep van mijn bureau kwam. Ik pakte mijn mobieltje en antwoordde slaperig. “Met Seth...” “Met Alice. Seth, je moet nu naar het strand. Aurora wil...” Ik liet haar niet eens uitpraten. “Ik ga nu Alice.”
Ik rende het strand op. Ik zag iemand half in de waterlijn liggen. Ik rende er naartoe en even dacht ik dat ik te laat was.
Reageer (1)
snel veder
1 decennium geleden