XI
Een maand later, Stefan is er zeker van dat de graaf een vampier is. Maar hij heeft hem er nog niet naar durven vragen.
Stefan en de graaf zitten in de bibliotheek. De graaf met een glas, waarvan Stefan eerst dacht dat het rode wijn was. Ze zitten al een tijdje van de stilte te genieten terwijl ze naar de storm luisteren. Stefan vraagt zich af of hij het nu moet vragen of niet. Hij weet dat de graaf vanavond in een toegeeflijke stemming is (hij heeft zo momenten dat hij bereid is vanalles te vertellen en soms vertelt hij niets)."Wil je iets vragen, Stefan?" Juist alsof de graaf gedachten kan lezen. Hij neemt een besluit."Ja heer, bent u een vampier?"
Er zijn nog geen reacties.