*13.2*~Linh
“Bijna twee jaar geleden is mijn vader omgekomen bij een treinongeluk. Ik was echt een vaderskindje, dus ik was er kapot van. Letterlijk. Ik wilde niks meer, sprak nooit meer af met vriendinnen, snauwde mijn zusje af, ik had geen zin in eten, en lag mijn vrije tijd alleen maar op bed. Een paar maanden geleden besloot mijn moeder dat ik hier heen moest.” Ik viel even stil. Nu ik het zo zei besefte ik dat iedereen gelijk had gehad, ook al was ik te koppig om het toe te geven. “Ik ontmoette een jongen, Jacob. Ik ken hem nog van toen ik zes was en hier op vakantie ging. We hadden een klik en bijna direct verkering. Hij is... Weet je wat een shape-shifter is?” “Heb ik wel eens van gehoord.”, zei Linh. “Nou, dat is hij dus en een week of twee vertelde hij me dat iemand anders van de roedel op mij was ingeprent. Hij is wel aardig enzo, maar ik houd van Jake. Nou, Bella, die als een zusje voor hem is, besloot te trouwen met een vampier, dat vond hij niet leuk en toen is hij een maand of twee rondjes door de States gaan rennen. Op de bruiloft kwam hij terug, maar Bella, nou ja ze is, nee was onderhand, een gevaren magneet. Toen ze terug kwamen van hun huwelijksreis was ze zwanger van een half dingetje. Nou is ze bevallen, heeft haar man, Edward, haar gif gegeven zodat ze vampier wordt en nu ligt ze ergens te kronkelen van de pijn.” Oké, ondanks alles vond ik het wel zielig voor Bella, hoewel ze er zelf voor had gekozen, dus zo veel medelijden verdiende ze nou ook weer niet. “Ze heeft een dochter, Renesmee en Jake in ingeprent op haar.” “Lekker ingewikkeld.”, zuchtte Linh. “En daarom ga ik je nu een hele wijze levensles leren. Geen jongen is het waard om voor te huilen.” “Heb ik wel eens eerder gehoord.”
Het was twaalf uur toen ik besloot naar huis te bellen. Naar huis naar huis dus. “Hallo, met Alyson Jackson.”, zei Ally. “Hallo Ally, met Aurora.”, zei ik. Ik probeerde mijn stem rustig te houden, maar ik voelde dat ik wilde gaan huilen. “Mag ik mama spreken?”, “Tuurlijk, hoe is het?” “Wel oké, kan ik mama spreken?” Ik hoorde Ally's voetstappen op de trap. “Mam, Aurora wil met je praten.”, zei ze. “Hoi liefje.”, zei mijn moeder opgewekt. ”Mam, ik wil naar huis.”, zei ik. “Waarom, heb je het daar niet fijn?”, vroeg mijn moeder. “Het tegendeel.”, zei ik grimig. “Mam, ik haat het hier. Laat me alsjeblieft naar huis komen.””Schat, waarom heb je het daar niet fijn. Je vond het altijd heerlijk daar.” “Toen wist ik nog niet wat hier allemaal aan de hand was.”, mompelde ik. “Wat zeg je?” “Niks. Ik kan hier gewoon niet met de mensen opschieten.” “Over een paar...” “Mam, je kunt me niet dwingen te blijven en je kunt me niet om praten. Ik wil naar huis.”
Reageer (1)
snel veder
1 decennium geleden