001
Vallery fietste op haar zwarte oma fiets naast Janneke. Haar fiets rammelde aan alle kanten, het was nogal een oud ding en Vallery ging er niet echt zorgvuldig mee om. Janneke lachte, Vallery was aan het zeuren over het huiswerk waar ze bij een vraag iets vaags had opgeschreven. Zo ging het nou elke ochtend. Vallery kwam iets te laat bij de ontmoetingsplek en zeurde overal over, Janneke lachte de hele tijd en kwam altijd op tijd. Ze was wel eens weggefietst, maar dat vond nooit echt een ramp. Janneke keek naar Vallery en glimlachte. "Je bent eigenlijk wel op tijd", zei ze bewonderend en ze glimlachte. Ze waren er wel al bijna, maar Vallery was voor het eerst sinds tijden op tijd gekomen. Ze fietsten de straat waar hun school lag.
Charlie fietste naast Woody, maar ze zeiden beide niets. Woody was te laat naar bed gegaan en zag er nogal moe uit, Charlie keek vaker verveeld voor zich uit en had ook vaker niets te vertellen. Ze fietsten een stukje, totdat ze langs Olafs huis kwamen, en Olaf bij hun kwam fietsen. Hij was echt bijna altijd vrolijk. "Hejo", riep Olaf naar Charlie en Woody en kwam naast Charlie fietsen. Woody keek grijnzend met zijn slaperige ogen naar Olaf en zuchtte even. "Nieuwe schoolweek", zei hij op een beetje chagrijnige toon tegen Olaf en hij trok zijn wenkbrauwen op. "Bekijk het positief", begon Olaf, "We hebben niet zoveel toetsen, en we hebben sportdag vrijdag" Olaf keek van Woody naar Charlie en keek daarna voor zich uit, toen ze de straat van hun school in reden. "We zien dan genoeg meiden in hun lekkere lichaam", zei Woody erachter aan en Charlie en Olaf begonnen te lachen.
Ralf fietste in een hard tempo over de weg. Hij was te laat en fietste zo hard als hij kon om bij Gibby, Stanley en Jip te komen. Hij zuchtte even en zag ze in de verte fietsen. Hij grijnsde even en fietste nog even iets harder en begon daarna te bellen met zijn grappige fietsbel. "Jongens", riep hij en Gibby draaide zich om en riep: "We dachten dat je al weg was dus we zijn maar gegaan!" Ralf kwam hijgend bij de 3 jongens aan op zijn fiets en hij fietste weer op normaal tempo. "Sorry maat", zei Jip tegen Ralf en Ralf schudde zijn hoofd. "Maakt niets uit", zei hij een beetje hijgend. "We zijn er toch al bijna", zei Stanley lachend en hij ging naast Ralf fietsen toen ze de straat van de school in fietsten.
Er zijn nog geen reacties.