Hoofdstuk 20

“Jullie hadden dit afgesproken hé? Dat is zo gemeen. Maar Blaise ik ben nu toch wel nieuwsgierig naar jou en Jill. Hoe zit dat tussen jullie?” vraag ik. “Ja we hadden dit afgesproken en we hebben wat met elkaar.” Zegt hij verlegen. Als hij had kunnen blozen had hij dat nu gedaan. Ik geef een gilletje en spring hem om de hals. “Maar wat is er nou aan de hand met onze kettingen?” vraagt Blaise dan. Ik pak mijn ketting vast en wrijf erover. Hij begint licht te geven en te gloeien dan is er een lichtflits en daar staat ze dan. Sea. Ze is prachtig. Ze heeft een blauwe vacht en witte manen. “Jongens dit is Sea mijn eenhoorn. Als jullie over je ketting wrijven roepen jullie ook je eenhoorn op. En Blaise daar is je tweede ketting voor die moet je aan je soulmate geven. En als je dan kinderen hebt krijg je per kind weer twee kettingen.” Zeg ik terwijl ik naar Moon loop. Ik zie dat de jongens over hun ketting wrijven en er komen twee lichtflitsen en daar staan dan twee eenhoorns een witte en een zwarte. Draco loopt naar de witte toe. “ Is Moon je naam?” vraagt hij voorzichtig. Moon knikt. Blaise staat bij de zwarte. “En is Night jouw naam?” vraagt Blaise aan zijn eenhoorn. Die knikt ook. “Komen jullie ik wil naar Zweinstein en in ben moe.” De jongens knikken en we klimmen op de ruggen van de eenhoorns. Ik spoor Sea aan en ze begint rustig naar Zweinstein te lopen. Niet veel later komen de jongens er ook aandraven. Als ze bij me zijn komen ze naast me stappen. “Hoe doen jullie dat toch het lijkt net alsof jullie niets anders gewend zijn.” Klaagt Draco. Ik hoor Blaise lachen. “We zijn ook niets anders gewend. Toen onze ouders nog leefden reden we altijd door de valleien met z’n vieren en dat deden we al sinds we konden lopen dus we hebben dit gemist hé Sea?” zeg ik terwijl ik haar een klopje op haar hals geef. Als we bij Zweinstein aankomen heeft Draco het ook onder de knie en rijden we de binnenplaats op. Als we daar aankomen kijkt iedereen naar ons. Ik begin te lachen. Draco en Blaise kijken me niet-begrijpend aan. “Iedereen kijkt alsof ze nog nooit een eenhoorn hebben gezien.” Zeg ik en hun beginnen ook te lachen. “Sky zijn die eenhoorns van jullie?” Hoor ik Jill schreeuwen. Ik knik en klop achterop bij Blaise. Blaise trekt haar achterop en Draaft weer weg. Ik klim van Sea af en Geef haar nog een klopje op haar hals en roep haar weer terug in mijn ketting. Draco doet hetzelfde en pakt mijn hand. Hand in hand lopen we naar binnen alsof er niets is gebeurd. Als we bijna bij de leerlingenkamer zijn merk ik dat we worden gevolgd. Ik tik Draco aan en wijs naar achter. Hij kijkt om en de hele groep achter ons staat stil. We lopen het portretgat binnen en ik loop naar onze kamer om onze spullen in te pakken.