Perkamentus
“Wat deed je nou net?!” “Wat, heb je er iets op tegen dan?!” Ik keek Nele woedend aan.
“Nee, tuurlijk niet! Hij kreeg toch wat hij verdiende?! Maar het was….” “Wat?” voor het eerst had mijn woede plaats gemaakt voor een mengeling van verbazing en nieuwsgierigheid. “Het was een heel moeilijke bezwering, Bella. Het is zo’n bezwering die gebruikt wordt door dooddoeners. Het is een beetje zoals het duistere teken, alleen dooddoeners weten hoe het moet..” Ze keek me aan met een blik waarin ik precies medelijden zag, maar ook een beetje ontzag en opwinding. “Bedoel je dat ik net een dooddoenersvloek heb uitgevoerd?” “Ja, maar wat ga je nu zeggen? Tegen Perkamentus, bedoel ik” “Maakt het uit dan?” zei ik met mijn arrogante stem. Nele’s toon was nog niet veranderd “Ja, Bella, als je zo doorgaat wordt je nog van school gestuurd.. Ik zeg niet dat je geen gelijk hebt maar je gaat je moeten inhouden hier op school..Zeker met Perkamentus.” “Oké, beloofd, ik zal mijn best doen..” “Echt beloofd?” “Jahaaa! Wat wil je nog meer? Dat ik een onbreekbare eed afleg of zo?” “Nee, ik geloof je al. Sorry, uwe hoogheid, mevrouw Zwarts” we keken elkaar aan en schoten meteen in de lach. Het lachen verging ons echter al snel toen Anderling aankwam en ons vroeg wat we op de gang deden. “We moesten naar professor Perkamentus” zei Nele op een beleefde toon en geloof het of niet maar Anderling had Nele graag en zwichtte. “Goed hoor, juffrouw Prins, deze gang uitlopen en dan links, de eerste rechts en dan kom je aan een stenen waterspuwer. Het wachtwoord is ‘dropbijtertje’” zei Anderling met een glimlach naar Nele en een beleefd knikje naar mij. Ik keek haar nog even na en toen liepen we de gang uit. “Je hebt je braaf gehouden hoor Juffrouw Zwarts” “Dank je, Juffrouw Prins, maar ik snap niet hoe u het doet!” “Hoe ik wat doe?” “Zo’n ettertje zijn en toch al de leerkrachten om je vinger winden” Nele proestte het even uit maar slaagde er toch in om heel serieus te zeggen “Wel juffrouw Zwarts, de truc is om te weten wanneer je je mond moet houden” We waren nog wat aan het nagrinniken toen we aan de waterspuwer voor Perkie’s kamer kwamen. Nele zei het wachtwoord en er verscheen een soort stenen roltrap die almaar in rondjes naar boven draaide. Toen we er eindelijk waren keken we eens naar elkaar.. “Klop jij?” “Nee, jij misschien?” “Nee hoor, aan u de eer. ” Nele hief net haar hand op toen een stem zei “Kom binnen!”
We keken elkaar nog eens aan, slaakten een diepe zucht en stapten de kamer in. Achter het bureau zat een lange man met kastanjebruin haar en dito baard, een scheve neus met een halvemaanvormig brilletje en daarachter helderblauwe ogen. Op een stok achter het bureau zat een schitterende feniks. Ik had het niet zo met beesten maar dit vond ik echt wel fascinerend..
“Vertel het eens, juffrouw Zwarts” Ik schrok op uit mijn overpeinzingen.. Die man klonk zo vriendelijk.. Waarom klonk die man zo f*cking vriendelijk?! “Eehm, ik euh.. Nu ja, tijdens vliegen…” hakkelde ik, maar al een geluk stond Nele me snel bij. “Het zit zo, professor, Bellatrix hier had een ongelukje tijdens vliegen en een klasgenoot lachte haar uit, wat natuurlijk niet echt vriendelijk was van die klasgenoot en toen werd juffrouw Zwarts boos. Dat is natuurlijk ook niet goed maar zeg eens eerlijk professor, wat zou u doen als iemand je wat zit uit te lachen voor de hele klas?” Perkamentus keek Nele glimlachend aan en zei dan “Dat is natuurlijk nooit leuk, juffrouw Prins, maar zoals u ook zei had Bellatrix misschien niet zo fel had mogen reageren.” Hij keek mij even aan.. “Dat snapt zij ook, professor en ze heeft beloofd om zich in het vervolg in te houden.” “Tuurlijk Nele, maar dat neemt niet weg dat Bellatrix een zeer zeldzame vloek heeft uitgesproken…” “Nu eigenlijk, professor” onderbrak Nele hem “Heeft ze de vloek eigenlijk niet uitgesproken, er ontplofte iets in haar en u weet even goed als ik wat dat is, niet?” “Je bent een slimme meid, Nele. Jullie kunnen gaan, Bellatrix, beschouw dit maar als een waarschuwing.” “Ja professor, nog een prettige dag” stamelde ik en we liepen de kamer uit.
“Nu deed je het weer!” Nele keek me aan “Sorry? Ik volg je even niet, Bella” “Je windt zelfs Perkie om je vinger!” “Wel hij is nu niet echt van de moeilijkste om rond je vinger te winden he ” “Bedankt” zei ik met een klein lachje. “Het is graag gedaan voor mijn beste vriendin.” Ik keek haar aan en was zo blij dat ik zo’n goede vriendin had gevonden.
We waren nog maar net om de hoek toen Rodolphus en Lucius op ons af kwamen lopen. Lucius keek me aan: “Ben je geschorst?” “Zeg alsjeblieft van niet!” vulde Rolph (mijn nieuwe verkleinnaam voor hem) aan. “Nee, dankzij Nele’s geslijm bij Perkie ” we vertelden het hele verhaal en al moesten we allemaal lachen, zag ik Rolph, Lucius en Nele blikken uitwisselen. Ik deed maar of ik het niet zag. “Kom, etenstijd!” riep ik uit. “Ja, na deze dag kunnen we wel wat krachtvoer gebruiken” grinnikte Nele. Rodolphus en Lucius volgden ons maar (al pratend over één of ander knap meisje)..
Er zijn nog geen reacties.