030
Ik sta aan de grond genageld.
'Wie ben jij?' Vraagt ze nog eens.
'Ik, euh' Ze lijkt me wel vriendelijk maar dat zal wel niet. Ze is waarschijnlijk een dooddoener. 'Ik ben Alexis.' Zeg ik. Nu lijkt zij te schrikken en haar ogen worden groot.
'Aléxis? Wa-Wat doe jij hier?' Vraagt ze stotterend. Kent ze mij? Hoe? Ik heb haar nog nooit eerder gezien.
'Ken je mij?' Vraag ik verward.
'Ja, kom mee.' Ze trekt me mee naar de grote deur waar de twee dooddoeners staan.
'Wie is dat?' Vraagt één van hen. De andere staart me enkel aan.
'Doet er niet toe, laat me binnen!' Zegt de vrouw boos. De twee dooddoeners gaan opzij en ze laten ons er langs. Zo gemakkelijk binnenkomen had ik ook niet verwacht. We passeren vele gangen. Dit huis is echt heel groot. Ik zou constant verdwalen. Elke dooddoener die we passeren kijkt ons na. Zouden ze weten wie ik ben?
'Waar gaan we heen?' Vraag ik aan haar als we alleen zijn.
'Wat denk je?' Zegt ze. Het enige waar ik aan denk daar we kunnen heengaan is Voldemort. Ik weet niet hoe lang we hebben gewandeld maar opeens staan we stil. Voor een deur waar vele dooddoeners voorstaan. Zou hij hier zijn?
'Laat ons binnen!' Commandeert de vrouw.
'Hij is in gesprek.' Zegt de meest linkse dooddoener.
'Met Severus.' Zegt een andere. Ze knikt en zo blijven we een paar minuten staan. Severus? Zou hij professor Sneep bedoelen? Ik zet de gedachte van me af. Er zullen wel meerderen mensen bestaan met de naam Severus. De deur gaat open en er komt een man uit de deuropening. Ik schrik wanneer ik professor Sneep aan de deuropening zie verschijnen. Dus toch! De vrouw neemt mijn arm weer vast en trekt me mee naar binnen.
Er zijn nog geen reacties.