Deel 18
*kijkt hoopvol*
Aan het eind van de les brachten ze een beetje van hun drank naar professor Sapiens, en na de ketels te hebben opgeruimd gingen ze vermoeid en hongerig naar de grote zaal. Diana plofte tussen Kate en Rose neer en pakte gretig een sandwich.
“Zo’n honger,” kreunde ze. Het was al half een.
“Ja,” zei Rose. “Ik heb echt zo mijn best gedaan op die drank en hij was knalrood, rood! Sapiens zei dat ik hem te warm had gezet, en iets meer algen erin had moeten doen, maar daar heb ik nou juist zo op gelet!” Ze pakte een appel van de stapel.
“Ja, dit was echt een moeilijke drank, zeg!” Diana luisterde verbaasd naar de anderen. Ze had het helemaal niet zo moeilijk gevonden. Misschien, dacht ze blij, had ze iets gevonden waar ze goed in was.
Na de pauze gingen ze weer weg om op tijd bij verzorging van fabeldieren te zijn. Diana vroeg zich af hoe Animatis lesgaf. Toen ze met haar naar Diagonally was geweest, was ze heel aardig geweest. Dit keer liepen de vijf meiden door de binnenplaats naar het terrein, over het pad naar een groot veld naast het bos, met twee weiden, een schuurtje en een paar hokken.
“Goedemiddag iedereen!” riep Animatis opgewekt toen ze uit het schuurtje kwam. “Is iedereen er? Mooi. Ik heb een paar boomtrullen geregeld, en het is jullie taak om ze te eten te geven. Nou, waar moet je op letten als je ze eten geeft?” Alice’ hand schoot omhoog, en ze deed Diana denken aan Hermelien.
“Dat ze zich niet door je bedreigd voelen?”
“Juist, vijf punten voor Ravenklauw. Let goed op! Ik wil niet dat iemand zomaar dicht bij ze in de buurt komt, behalve met beschermende handschoenen en veiligheidsbril! Begrepen?” Plotseling leek ze heel erg streng. “De brillen liggen daar, en daar kun je voedsel halen. Wees voorzichtig! Ik wil aan het eind van de les geen uitgestoken ogen hebben!” De leerlingen keken nogal nerveus en niet al te enthousiast naar de bomen waar de boomtrullen zich schuil in hielden.
“Nou, aan de slag!” De leerlingen gingen in groepjes voedsel selecteren voor de beestjes. Diana kreeg samen met Kate en Megan de verste boom toegewezen.
Het was een best wel interessante les, maar ook moeilijk en gevaarlijk, aangezien de boomtrullen wild werden als je te dicht bij kwam. Daar stond tegenover dat het hele interessante beestjes waren, en toen Diana hem wat te eten gaf, werd hij enigszins kalm en stond hij toe dat Diana in de buurt bleef, maar hij keek haar wel met twee kleine oogjes wantrouwig aan.
Aan het eind van de les deden ze hun handschoenen uit, legden ze hun brillen terug, en keerden ze weer terug naar de leerlingenkamer om hun huiswerk te maken.
Diana merkte dat ze al een beetje honger had, en het was heel vreemd om niet even wat te kunnen pakken. Als ze thuis kwam van school nam ze meestal een koekje, zo niet, dan wel een stuk fruit. Maar hier had ze geen eten en ze zou moeten wachten tot het avondeten.
Diana, Kate, Alice, Megan en Rose liepen samen terug naar het kasteel.
“Laat ik mijn opstel voor geschiedenis van de toverkunst nog even controleren. Volgens mij heb ik een stuk dat niet helemaal klopt,” zei Megan. Ze zwaaide naar de anderen en ging de andere kant op, naar de bibliotheek. De anderen gingen naar de leerlingenkamer en ploften daar neer aan een van de tafeltjes.
“Nou, laten we maar bezig gaan,” stelde Alice voor. Diana, Megan en Rose keken elkaar aan en knikten.
Aangezien Diana alleen maar wat hoefde te oefenen, en de anderen nog ander huiswerk moesten doen, was ze al snel klaar. Diana keek even naar de anderen die druk bezig waren, en besloot om een brief te schrijven aan haar ouders. Die waren vast en zeker aan het wachten op haar bericht, en ze wou ze graag vertellen over haar eerste schooldag.
En vandaar dat ze een paar minuten later met een rol perkament de leerlingenkamer verliet. Rose had gezegd dat de uilenvleugel ergens aan de oostkant was, maar ze wist het zelf ook niet helemaal zeker, dus Diana had eigenlijk geen flauw idee waar ze moest zijn.
Het was niet heel erg druk in het kasteel, dus Diana kon ongestoord rondlopen. Bij de trappenhal besloot ze gewoon maar richting de oostkant te gaan en dan maar te zien waar ze uitkwam.
Maar nadat Diana een hele tijd had gelopen, werd ze het toch wel een beetje zat, en dus schraapte ze al haar moed bij elkaar en stapte ze op een oudere Griffoendor af.
“Kan je mij misschien vertellen waar de uilenvleugel is?” De jongen keek haar even vreemd aan.
“Een verdieping omhoog en dan de gang rechts,” mompelde hij en hij liep verder. Diana keek even hoe hij de hoek om verdween en liep verder. Inderdaad, er was aan het eind van de gang een brede trap, en bovenaan sloeg Diana rechtsaf, waar een lange gang was. Als snel merkte Diana dat ze niet echt meer door het kasteel liep, de gang liep eenzaam door over het terrein, tot ze uitkwam bij de uilenvleugel.
Reageer (2)
ik heb ff zin om een hele lange reactie te schrijven weetje!
1 decennium geledendus die gaat er nu gewoon komen...
want weet je jouw hoofdstukjes zijn altijd superleuk om te lezen en het is zo mooi beschreven<3
en ze zijn ook nooit zo kort en altijd boeiend ze zijn nooit saai
en altijd lekker lang en ik hou van lange hoofdstukjes weet je!
en het is leuk dat ze goed is in toverdranken in niet in verweer tegen de zwarte kunsten want dat is wel heel vaak
jouw story is gewoon super origineel<3
X
Ik vind je verhaal steeds leuker worden!!! JE SCHRIJFT ECHT MOOI, GEDETAILLEERD EN LEUK!!! love it!
1 decennium geleden