Foto bij Hst 17

Anke en Michiel H keken om, ze begonnen te zwaaien
‘Help! Hierheen!’
De auto stuurde op hun af. Ze rende richting de auto.
De auto stopte, de deur zwaaide open, Anke en Michiel H sprongen naar binnen en ze deden de deur weer dicht.
Ze wouden net wegrijden toen de hond op de motorkap sprong.
‘Wat is dat voor monster!?’ zei Bobby die achter het stuur zat.
‘Dat is een herdershond’ zei Michiel H rustig.
‘Dat weet ik ook wel, maar waar komt ie vandaan?’ zei Bobby terwijl hij gas gaf en wegreed.
‘Van David Janssen’ zei Anke.
‘Wie is dat ook alweer?’ vroeg Lieuwe.
‘De zoon van Janssen’ zei Wiebe.
‘Wacht! Dus jullie werden net aangevallen door de hond van de zoon van de directeur van de glasfabriek?’ zei Bobby.
‘Technisch gezien wel’ zei Michiel H.
‘We waren bijna hondenvoer’ zei Anke.
‘Aaaah’ zei Lieuwe ‘We zullen je niet missen’
En Anke gaf hem een klap.
‘Waarom moest dat?’ vroeg Lieuwe.
‘Waarom moest jij achter een kip aanrennen?’ vroeg Anke.
‘Omdat ik honger had’ zei Lieuwe.
‘Omdat je een idioot bent’ zei Anke.
‘Niet aardig’ zei Lieuwe.
‘Jij ook niet’ zei Anke.
‘Maar waar waren jullie nou?’ vroeg Wiebe.
‘Jullie rende ineens weg en kwamen niet meer terug’ zei Michiel H.
‘We kwamen wel terug’ zei Wiebe.
’30 minuten later ja’ zei Lieuwe ‘Maar ik ben het wel met ze eens, je hebt ze wel in de steek gelaten’
‘Jij ook hoor smurf’ zei Wiebe ‘Het was jou schuld’
‘Jongens, jongens geen ruzie maken, we zijn allemaal weer terecht’ zei Anke.
‘Maar we hebben nog steeds geen bewijs dat Janssen het deed’ zei Michiel H.
‘Daar zal ik maar niet zo zeker van zijn’ zei Wiebe.
En hij zwaaide met zijn mobiel.
‘Heb je foto’s gemaakt?’ vroeg Lieuwe hysterisch.
‘Nee kip, we zaten in een donker hol’ zei Anke.
‘Nee ik heb het opgenomen’ zei Wiebe.
‘Smart you’ zei Michiel H.
‘Niet overdrijven hè’ zei Anke.
Wiebe keek haar zuur aan.
‘Kijk niet zo zuur’ zei Anke ‘Ik word er bang van’
‘Mooi’ zei Wiebe.
En ze moesten lachen.
Ondertussen waren ze bij de roei aangekomen. Ze liep het clubgebouw binnen.
Ze hadden de deur nog niet open of iedereen stormde op hun af.
‘En, En, En, En, En!’ kwam van alle kanten.
‘Hoo rustig’ zei Anke.
‘Ben geen paard’ zei Hasse.
‘Doe nou maar rustig’ zei Wiebe.
Ze gingen allemaal rond de tafel zitten. En Lieuwe, Anke, Wiebe en Michiel H mochten hun verhaal doen.
……
‘Mogen we die opname horen?’ vroeg Jeroen.
Wiebe knikte en pakte zijn mobiel.
……
‘Effe kop dicht nu, kunnen we horen wat ze zeggen’ kwam er uit de telefoon.
‘Vader waarom moest ik komen?’
‘We zijn in gevaar mijn jongen, die snotapen van de roeivereniging weten van ons geheim, en ze hebben het die Willem verteld’
‘We zijn geen snotapen’ zei Lucas.
‘Wij niet nee, maar jij wel’ zei Hasse.
‘Koppen dicht en luisteren’ zei Frits.
Het was weer stil en de opname ging verder.
‘Willem? Toch niet Willem Blokstra hè?’
‘Nee, Willem Klaasen, natuurlijk Willem Blokstra, wie anders?’
‘Maar dat is heel slecht nieuws’
‘’T is niet waar, zoon’
‘Maar wat gaan we eraan doen vader?’
‘We moeten ze uitschakelen, zoon’
‘U bedoeld toch niet vermoorden? Het zijn nog kinderen!’
‘Maar ze zijn te slim, ze dwarsbomen onze plannen’
‘David mijn zoon, je moet er het beste van maken, dus schakel ze uit!’
……
‘Die vervelende snotapen, ik ga maar weer eens bij mijn spullen kijken’
‘Aaaah, help, hij komt eraan, we worden gesnapt!’
Iedereen was doodstil.
‘Die gast word steeds enger’ zei Daphne.
‘We moeten daarmee naar de politie’ zei Lars.
‘Tot wanneer is ie open?’ vroeg Anke.
‘8 uur ’s avonds’ zei Wiebe.
‘Hoe?’ vroeg Anke.
‘Mobiel’ zei Wiebe.
Dan gaan we volgende week, nu gaan we naar huis.

Reageer (1)

  • BYME

    ik blijf het grappig vinden van Anke en WIebe
    verder

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen