Fred en het feestmaal

Er was eens een komkommer, zijn naam was Fred. Fred was heel gelukkig.hij had geen komkommer vrouw, en geen komkommer kind maar hij was toch heel gelukkig. tot op een dag............

Fred zat op een dag lekker in de koelkast tot opeens de deur werd open getrokken, er kwam een hand op hem af. Fred schreeuwde nog iets maar het was te laat de hand pakte de arme Fred vast en nam hem mee naar de snijplank op het aanrecht. De hand liet Fred los boven de snijplank, alleen Fred was een beetje rond en hij rolde zo van het aanrecht af

AUW! was z'n kreet in komkommertaal. Maar nu kon Fred rennen, hij kon vluchten, zodat hij niet de salade in moest!

hij rende, en rende, rende, rende, en rende,rende, rende, rende, en rende, rende, rende, rende, en rende,rende, rende, rende, en rende,rende, rende, rende, en rende.

na 6 minuten rennen vond hij een goede verstop plaats. Bij de kalkoen in de magnetron. daar was het lekker warm en zou niemand hem vinden! Opgelucht haalde Fred adem, hij was veilig.

Tot er 8 minuten later opeens een lampje aan gaat, het werd warm en er kwam een hard geluid. Fred schrok! hij kon geen kant op! Wat moet hij nu doen?? Fred sloot zijn ogen. Toen hij een kwartier later wakker werd zag hij er oud en verschrompeld uit, hij schrok. Maar hij vond het ook wel lekker warm. de over ging open, en de kalkoen wer eruit gehaald. Toen de kalkoen eruit was kwam die hand weer. Fred schrok! maar de hand pakte hem al vast. Hij kon niks meer doen, dit was het einde! Bam, Fred werd in de prullenbak gegoeid. Fred deed opgelucht zijn ogen dicht, hij had immers wel een dutje verdiend!!

Einde