Chapter 28
Ik was zo blij dat Jasper er nog was. We keken rond en een groot deel van de school, die al zo klein was, was verwoest. Jasper was er alleen met wat kleerscheuren vanaf gekomen.
‘Grimes, wie heet er hier Grimes?’ Vroeg een man.
‘Ik heet Grimes, meneer.’ Zei ik en liep naar hem toe.
‘Ben jij de zus van Spencer Grimes?’ Vroeg hij. Ik knikte. Jasper kwam naast me staan.
‘Euhm… ik kom met veel pijn zeggen dat hij is overleden aan zijn ernstige verwondingen door het vuur.’ De man knikte en liep weg. Ik staarde naar de plek waar de man net stond.
‘Abby?’ Vroeg Jasper. Mijn wereld stortte helemaal in. Ik zakte op de grond en ik zag Jasper naast me neer knielen.
‘Abs?’ Vroeg hij. Het leek alsof het van heel ver weg kwam maar hij stond naast me.
‘Abby, zeg iets.’ Ik voelde iets warms over mijn wang rollen. Een traan. Spencer was pas net 18. ik zag de beelden voor me voorbij flitsen. Iets dat rond rende dat in de fik stond. Dat was natuurlijk Spencer. Ik werd door elkaar geschudelt door Jasper.
‘Abby, zeg nou iets!’ zei Jasper. Ik draaide mijn hoofd vaag naar Jasper toe en barste echt in tranen uit.
‘Ach god, kom hier jij.’ Zei Jasper en duwde me tegen hem aan. Zijn omhelzing was trostent. Heerlijk.
‘Eerst papa en nu Spencer. Dadelijk gaat mama ook nog dood, of ik.’ Snikte ik. Jasper zijn verscheurde shirt werd nu nat van mijn tranen.
‘Ik breng naar huis toe.’ Zei Jasper en tilde me op.
Reageer (1)
Hoedurven hier nog geen reacties op te zijnn
1 decennium geledenNeeeeeh. Waarom?