|| Twenty Three
Hailey had geprobeerd me over te halen om haar rode jurkje aan te doen, maar ik negeerde haar en koos voor een donkergroen kort broekje, een marineblauw hempje met franjes aan de hals en een wit vestje.
Vijf minuten later dan de afgesproken tijd stonden we onder een paraplu bij het tuinhekje te wachten. De jongens waren er nog niet.
“Wat een losers” mopperde Hailey. “We zijn al vijf minuten te laat en ze laten ons alsnog wachten.”
Ik grinnikte en kreeg een dodelijke blik toegeworpen.
“Ze komen vast snel” verzekerde ik haar.
Ze mompelde iets vaags en staarde de regen in.
Ik bekeek haar.
Ze droeg zelf haar rode jurkje en ik moest toegeven dat het haar goed stond. Haar blonde haar had ze losjes in een staartje gedaan waardoor er een paar plukken langs haar gezicht vielen. Haar gezicht stond ongeduldig en ze tikte met haar voet op de grond.
Toen zagen we in de verte twee mensen aan komen lopen. Het waren Jules en Aiden.
“Hè hè!” riep Hailey toen ze voor ons stonden. “Waar bleven jullie nou zo lang?”
Jules en Aiden wierpen elkaar een veelbetekende blik toe.
“Wat?” vroeg Hailey achterdochtig en ze kneep haar ogen tot spleetjes.
“Niet zo ongeduldig jij” zei Jules, hij tikte haar tegen haar neus en nam de paraplu over. Hailey ging bij hem eronder staan en voor ik nat kon worden stond Aiden naast me met zijn paraplu boven ons hoofd.
“Hoi” zei hij.
Ik glimlachte als begroeting.
“Zullen we nou gaan?” vroeg Hailey.
Aiden en ik schoten tegelijk in de lach en ik begon medelijden met Jules te krijgen. Hailey was zo ongeduldig.
We liepen door de regen en tegen mijn verwachting in gingen we niet door de hoofdingang van de camping. We liepen tot de achterkant van de camping en onderweg liet Aiden zien waar hij met zijn caravan stond, want dat wist ik nog niet.
Toen ik dacht dat we op een doodlopend pad stonden herinnerde ik me plotseling weer iets. Er zat een gat in het hek van de camping dat Jules en ik ontdekt hadden toen we een jaar of tien waren. Achter het gat lag een stuk bos. Jules en ik hadden er vaak verstoppertje gespeeld.
Jules kroop als eerste door het gat, gevolgd door Hailey, ik en Aiden. Toen we in het bos liepen hadden we de paraplu’s niet meer nodig, het bladerdak was zo dicht dat er geen regen doorheen kwam.
“Wat gaan we hier doen?” vroeg ik aan Aiden.
“Verassing” zei hij geheimzinnig.
Op dat moment slaakte Hailey een gilletje en zag ik iets wat me mijn adem letterlijk ontnam.
Reageer (6)
Aaaah Waarom stop je hier nou al (pruillip)
1 decennium geledenEr zijn geen woorden voor:P
(I know dit slaat nergens opxD)
snel verder(flower)