Rons shampoo
Coral is far more red than her lips’ red;
If snow be white, why then her breasts are dun;
If hairs be wires, black wires grow on her head.
I have seen roses damasked, red and white,
But no such roses see I in her cheeks;
And in some perfumes is there more delight
Than in the breath that from my mistress reeks.
I love to hear her speak, yet well I know
That music hath far more pleasing sound;
I grant I never saw a goddess go;
My mistress when she walks treads on the ground.
And yet, by heaven, I think my love as rare
As any she belied with false compare.
@ Alohomoraize en anderen die dit zich afvroegen: Verschillende bronnen zeggen verschillende dingen over wat de derde geur was. Het is óf zijn tandpasta, óf zijn shampoo in ieder geval. Ik ben voor het laatste gegaan, omdat dat gewoon beter liep. (:
Ze hadden de hele dag tuinkabouters uit de tuin gesmeten, beiden tegen hun zin. Ron had het zo vaak gedaan dat het een rotklusje was geworden en Hermelien vond dat het mishandeling was. Er zat modder onder hun nagels en grasvegen op hun gezicht. Toen de schemering viel riep mevrouw Wemel haar kinderen en Hermelien naar binnen, omdat ze in tegenstelling tot de ochtendprofeet wel geloofde dat Jeweetwel terug was. Ze was bang en dat was in haar gezicht te lezen, hoewel ze dat nooit zou toegeven tegenover haar kinderen.
‘O, lieve schat, je zit onder de viezigheid,’ zei ze, terwijl ze Hermeliens gezicht tussen beide handen nam. ‘Fred, kom terug, onze gast mag eerst douchen. Ga maar, liefje.’
‘Dank u,’ mompelde Hermelien voor ze naar boven rende en schone kleren uit haar hutkoffer haalde.
De badkamer wist ze al blindelings te vinden. Aangezien de deur geen slot had vergrendelde ze die met een spreuk. Ze kleedde zich uit en liet de heet stralen haar lichaam opwarmen. Ze haalde haar handen door haar haren en besefte dat ze was vergeten haar shampoo in te pakken voor ze naar het Nest vertrok. Ze keek even rond en zag al snel een andere shampoo staan. ‘Voor rood haar’ stond erop en een glimlach verscheen op Hermeliens gezicht. Ze besloot dat het ermee door ging, aangezien het genoeg was dat het haar haren schoon zou maken. Toen ze de dop opende vulde de geur direct de hele ruimte. Hermelien snoof eraan en herkende de geur meteen. Het was een geur die ze uit duizenden zou herkennen, die ze overal geroken had.
Vijf jaar geleden had ze het voor het eerst geroken, in een rode trein op weg naar de plek die thuis zou worden. Het deed haar denken aan hoe ze zich voelde toen ze ontsteend was en haar vrienden weer kon zien. De vrienden, met wie ze van alles had meegemaakt, met wie ze onschuldige levens had gespaard. Ze dacht aan de pijnlijke herinneringen van het bal van vorig jaar. Achteraf leek die periode één grote waas van tegenstrijdigheden, onbestemde gevoelens en verkeerde beslissingen.
Het meest van alles deed het haar echter denken aan de avond van een paar maanden geleden. Harry had klaargestaan om het doolhof in te gaan en zij had naast Ron op de tribune gezeten. Toen Harry na het startsein uit het zicht was verdwenen, had Hermelien van de zenuwen in Rons hand geknepen. Toen Hermelien dat doorhad keek ze verlegen op en wilde haar hand terugtrekken, maar Ron had hem al vastgepakt. Hij had haar aangekeken en in haar oor gefluisterd dat het goed zou komen.
‘Je gaat heus niet dood in dat doolhof. Dat zou Perkamentus nooit toestaan,’ waren zijn precieze woorden geweest. Ze had geglimlacht, omdat ze het lief vond dat hij haar probeerde gerust te stellen, maar het nare gevoel in haar onderbuik bleef.
De toeschouwers om hen heen joelden nog, om Viktor en Fleur, of omdat ze dachten dat ze nog iets van Harry en Carlo zagen in het eindeloze, donkere doolhof.
Ron legde zijn hand op haar bovenarm en zijn ogen fluisterden dat het goed was. Ze geloofde hem en deed haar ogen even dicht toen hij zijn lippen op haar wang had gelegd.
Het onderbuik gevoel was omgeslagen.
De tranen gingen op in het water van de douche. Ze wist dat het onzin was, dat het niet haar schuld was dat Carlo was gestorven. Ze had er niets aan kunnen doen, maar geloofde dat het ge voel in haar buik haar had moeten waarschuwen. In plaats daarvan had ze geloofd dat het vlinders waren. Ongelooflijk. Het was maar een troostkusje, op haar wang nota bene.
Ze draaide de douche uit en veegde haar tranen – en daarna de rest van haar lichaam – af met de lichtblauwe handdoek. Ze trok de schone kleuren aan en keek in de spiegel om te controleren of ze rode ogen had, maar ze dacht dat het wel mee zou vallen, als ze Ginny en mevrouw Wemel nog een half uurtje zou kunnen vermijden. Tegen die tijd zou het wel weggetrokken zijn en de jongens zouden het niet eens merken.
Toen ze de kamer uitstapte – na een ‘alohomora’ op het slot – liep ze Ron tegen het lijf. Zijn haar zat in de war en er liepen nog groene strepen over zijn wangen.
‘Hermelien! Heb je gehuild?’
Ze schudde vlug haar hoofd terwijl ze de andere kant op keek.
Ron nam haar gezicht beet zoals mevrouw Wemel dat eerder die avond ook nog had gedaan, maar bij Ron was het anders. Bij mevrouw Wemel was het een soort moederliefde, bij Ron niet.
Bij Ron was het gewone liefde, besefte ze. Er was niets bijzonders, niet geks tussen hen. Viktor Kruml was ’s werelds grootste zwerkbalspeler geweest, maar Ron was Ron, in zijn eigen stuntelige, luie manier van doen, met zijn rode haar en blonde wimpers rond zijn glanzende ogen.
Het was precies de Ron waar ze van hield.
Zijn ogen hadden iets troostends en deden alles beter lijken dan het was. Hetzelfde verdovende gevoel als bij de derde opdracht van het Tovertoernooi. Het was goed.
Hij aaide door haar natte haren, die op haar hemdje druppelden.
‘Je haar ruikt lekker,’ zei hij, terwijl hij zijn neus tussen haar haren drukte, voor hij haar kuste op haar mond.
Reageer (21)
Ahhhw wat superlief! <33
1 decennium geledenCute!
1 decennium geledenAwwwhhh
1 decennium geledenheel mooi geschreven!
1 decennium geledenaawwww, superschattig!
1 decennium geledenIs het nu al afgelopen? Je zou nog best verder mogen schrijven hoor! <3