Foto bij Amuse me [3]

De koningin liet zich op bed vallen en smoorde haar snikken in de satijnen lakens. Ook hier was het broeierig heet, al helemaal sinds ze de vrouw met de waaier had weggestuurd. Maar ze had geen keus gehad. Ze kon niet toestaan dat iemand haar zo zag.
De tranen bleven komen, evenals de herinneringen. Remember the time... Natuurlijk herinnerde ze zich die. Hoe kon hij denken dat dat níét het geval was? Herinneringen aan gelukkige, zorgeloze dagen, overgoten met zon. Toen ze zich nog niet eens bewust was van het feit dat ze ooit van hem gescheiden zou raken. Dat haar ouders andere plannen met haar hadden...
Ze had zich neer moeten leggen bij haar nieuwe bestaan, maar hij had dat duidelijk niet gedaan. Hoe lang zou hij erover gedaan hebben om een manier te bedenken om binnen te komen? Zou hij meteen aan de slag zijn gegaan? Op zoek naar een manier... Dan naar dit soort goocheltrucjes... Of waren het geen trucjes? Had iemand hem echt zwarte magie geleerd? Ze herinnerde zich het zwarte zand, zijn gouden gestalte die oprees uit de grond. Er was geen manier waarop je dat kon faken. Het was echt... En ze moest toegeven dat het hem alleen maar interessanter maakte.
Nee! Opnieuw boorde ze haar gezicht in haar kussen. Zo mocht ze niet denken. Het was verkeerd. Hij was te ver gegaan, had nooit mogen komen, had nooit al die dingen moeten doen. Het was zijn eigen schuld. Hij had moeten blijven waar hij was, iemand anders moeten vinden om de eenzaamheid weg te nemen... Dit was je reinste zelfmoord en dat wist hij. Hij kon niet van haar verwachten dat ze iets deed om dat te voorkomen, dat ze nu-
“Those sweet memories, will always be dear to me…”
Ze schoot overeind. Hij was hier! In haar kamer! Woede borrelde in haar op, al wist ze diep in haar hart dat het eigenlijk paniek was. Dit was niet goed, hij maakte het alleen maar erger. Nu zou ze hem misschien nog kunnen verdedigen, maar als hij meer deed...
Kalm blijven. Ze moest kalm blijven. Ze haalde diep adem en keek hem zo koel mogelijk aan.
“Ik geef je vijf seconden om mijn kamer te verlaten. Ben je hier dan nog, dan roep ik de wachters.”
Het was een belachelijk argument. Veel logischer zou het zijn om meteen de wachters te roepen, maar ze wist dat ze dat niet kon. Al die gedachten om hem gewoon te laten vermoorden waren daadwerkelijk maar gedachten geweest, scenario’s die ze nooit zou uitvoeren. Zijn veiligheid ging haar boven alles. Àlles.
Hij gaf geen gehoor aan haar bevel. Integendeel, hij kwam alleen maar dichterbij, nog steeds zingend. Zijn perfecte stem betoverde haar, zoals hij altijd al gedaan had. Ze wendde haar gezicht af en stond op. Weg, ze moest hier weg. Maar in plaats van naar de deur, liep ze in precies te tegenovergestelde richting. Het raam. Haar blik gleed over het uitzicht dat ze al zovele malen had bewonderd, zichzelf vertellend hoeveel ze bofte. Hoe geweldig het wel niet was om hier te kunnen wonen, en uit te kijken over het land zonder er zelf deel van uit te maken. Nu betekende het niets meer voor haar, behalve de wetenschap dat ze opgesloten zat. Daar had hij haar weer eens pijnlijk aan herinnerd.
“Do you remember the time, when we fell in love?”
Zijn stem klonk nu heel dichtbij. Hij stond vlak achter haar, zo dicht dat ze de geur van zijn shampoo kon ruiken- vanille, zoals altijd. Ze inhaleerde diep en hield meteen daarna haar adem in. Stop daarmee! Je maakt het alleen maar erger! Haar ogen gefocust op het landschap, zonder dat ze er iets van zag. Ze hoefde niet eens om te kijken om zijn gezicht voor haar te zien, en dat moest ze ook niet doen. Toch deed ze het, ze kon niet anders. Op het moment dat ze in zijn bruine ogen keek, knapte er iets in haar. Ze sloeg haar armen om hem heen, en hij de zijne om haar. Haar lippen vonden hun weg naar de zijne en al haar gedachten, voorzover ze die nog had, sprongen op nul.

Reageer (1)

  • OnTheLine

    Ahwwwwww<33
    Vlug, I want moooooorreeeeeeeeeee @.@

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen