14. Saltzman knows
Het is vrijdag, het laatste uur. Tijd voor mijn eerste geschiedenisles. Ik sta voor het lokaal, haal nog eens diep adem en loop dan het lokaal in. Ik loop naar de leraar. ‘Hallo, Ik ben Alice Jenkins. Ik ben nieuw hier.’
De man kijkt me vriendelijk aan. ‘Alaric Saltzaman, aangenaam kennis te maken.’
Ik loop verder de klas in en ga, zoals al de hele week, naast Jeremy zitten.
‘Hoe is hij?’ vraag ik.
Jeremy kijkt me niet begrijjpend aan.
Ik wijs naar Saltzman. ‘Is hij net zo’n chagrijng als die man van kunst?’
Jeremy begint te lachen. ‘Nee, meneer Saltzman is cool. Hij heeft me geholpen om mijn geschiedeniscijfer op te halen en hij heeft gezorgt, dat als ik op het schoolfeest punch in zou schenken, ik mijn cijfer voor Engels ook weer hoger kon krijgen.’
Ik knik. ‘Hoe komt het dat je zoveel onvoldoendes had?’ Hij fronst. ‘Je hoeft het niet te vertellen, hoor. Als je dat niet wilt.’
Hij glimlacht licht. ‘Nee, het is goed. Mijn ouders zijn een tijdje geleden gestorven. Ik had het daar erg zwaar mee. Ik spijbelde, dronk, gebruikte drugs. Ik kom er eigenlijk pas net weer een beetje bovenop.’
Even weet ik niet wat ik moet zeggen. ‘Wat vervelend.’
De rest van de les let ik goed op. Meneer Saltzman vertelt iets over “de eerste wereldoorlog”. Ik vraag me af of er ook een tweede, en derde wereldoorlog is geweest. Maar dat kan ik moeilijk aan hem gaan vragen.
Dan gaat de bel. Ik wil het lokaal uitlopen maar de leraar houdt me tegen.
‘Kan ik even met je praten?’ zegt hij.
Ik knik, pak een stoel en ga tegenover hem zitten.
‘Ik wil een aantal dingen aan je vragen.’ begint hij. ‘Vind je geschiedenis interessant? De halve klas zat andere dingen te doen, zoals gewoonlijk, maar het viel me op dat je erg op zat te letten.’
‘Ik heb de laatste jaren erg veel gemist, door persoonlijke redenen. Ik vind het belangrijk om dat weer in te halen, vandaar.’ zeg ik, zonder eigenlijk veel te liegen.
‘Aha, verder zie ik dat je erg goed met Jeremy kunt opschieten.’
Ik glimlach. ‘Ja, hij is erg aardig.’
Alaric glimlacht ook. ‘Het is goed dat hij een beetje aansluiting heeft. Hij is nogal op zichzelf.’
Ik knik. ‘Door dat met zijn ouders.’
‘Heeft hij dat je verteld?’
‘Ja.’
Hij knikt met een tevreden gezicht. ‘Als laatste heb ik misschien een beetje een vreemde vraag.’ gaat hij verder. Direct ben ik op mijn hoede. ‘Ik heb gehoort dat jij bij de Salvatores woont.’
‘Dat klopt. Damon heeft er eigenlijk voor gezorgt dat het nu weer beter met me gaat. Toen hij me vond was ik er slecht aan toe.’ Ik probeer de waarheid zo min mogelijk te verdraaien. Ik houd niet van liegen en meneer Saltzman lijkt me aardig, dus tegen hem wil ik ook niet liegen.
Hij kijkt me ernstig aan. ‘Heb je enig idee van het geheim dat die jongens met zich meedragen?’
Ik schrik, maar houd mijn gezicht goed in de plooi. ‘Geheim? Voor zover ik weet hebben ze geen geheim. Welk geheim bedoelt u?’
Hij kijkt me teleurgesteld aan. ‘Nee, niets. Laat maar. Dat was het, je kunt nu gaan.’
Ik sta niet op, maar buig juist iets verder naar voren. Ik concentreer me op zijn ogen en vraag langzaam. ‘Vertel me het geheim.’
‘Jij ook?’ vraagt hij een beetje overdondigt.
Verschrikt ga ik rechtzitten. ‘Wat?’
‘Ik draag vervaine bij me, die gedachte-trucjes werken niet.’
‘Trucjes? Wat is vervaine?’ vraag ik met een verbaast gezicht. Ik moet zelf zeggen het klinkt erg geloofwaardig. Ik zie dat hij twijfelt, dan kijkt hij weer zeker. ‘Ik weet wat ik zag.’
Ik zucht. ‘Maar met Stefan en Damon heeft u toch ook geen problemen?’
Zijn gezichtsuitdrukking verstrakt. ‘Met Stefan niet nee, over Damon kun je me maar beter niets vragen.’
Ik knik. ‘Oké, maar ik lijk eigenlijk veel meer op Stefan.’ lieg ik. ‘Dierendieet, weet je wel. U zult geen last van me hebben.’
Hij knikt. ‘Prima. Maar ik hou je in de gaten.’
Ik lach en sta op. ‘Dag, meneer Saltzman.’ Ik maak me geen zorgen.
Er zijn nog geen reacties.