2. Love at first sight
Ik sla mijn ogen open, maar knijp ze direct weer half dicht tegen het felle licht. Ik ga zitten en kijk om me heen. ‘Waar ben ik?’ praat ik tegen mezelf.
Het is een grote kamer, klassiek ingericht. Dit is duidelijk het huis van een rijke familie. Maar het is zeker niet mijn huis. Ik sta op en loop naar het raam. Ik kijk naar buiten en zie twee jongens met een rugbybal spelen. Een meisje van ongeveer mijn leeftijd kijkt toe.
Mijn ogen worden teruggetrokken naar die ene jongen. Dromerig kijk ik uit het raam, hoe ze bezig zijn. Ineens kijkt hij naar boven. Ik word rood en hij lacht. Hij gebaart dat ik even moet wachten. Hij loopt naar binnen.
Niet veel later komt hij de kamer binnengelopen.
‘Goedemorgen.’ zegt hij beleefd.
‘Morgen?’ Weer schiet er een pijnlijke steek door mijn hoofd. Ik frons.
Hij kijkt me bezorgd aan. ‘Het gaat wel.’ lieg ik. ‘Hoe lang ben ik hier al? Waar ben ik?’
‘U bevindt zich in het huis van mijn vader. In Mystic Falls. U bent hier al een paar uur. Ik vond u in het bos en we hebben u hier gebracht. We hebben al iemand gestuurd om uw paard te vinden.’
‘Je mag wel jij zeggen hoor.’ Ik heb altijd al een hekel gehad aan dat formele gedoe.
‘Oké, en wie mag jij dan zijn?’ zegt hij lachend met de nadruk op "jij".
Ik lach ook. ‘Alice Jenkins.’
‘Nou, Alice, je zou echt niet meer alleen het bos in moeten gaan. Je had gemakkelijk het slachtoffer kunnen worden van een roofdier.’
Ik knik terwijl ik naar zijn ijsblauwe ogen kijk. ‘En wie ben jij?’ vraag ik dan.
‘Damon. Damon Salvatore. Wat deed je eigenlijk in het bos?’ vraagt hij er direct achter aan.
‘Weglopen. Ik was het niet eens met mijn ouders en hun regels.’
‘Who needs rules?’ Zegt een meisje dat in de deur opening staat.
‘Precies.’ lach ik.
‘Katherine Pierce.’ stelt ze zich voor.
‘Ik ben Alice Jenkins.’
Katherine fronst. ‘Wacht ben jij dan niet de dochter...’
‘...van de burgemeester van Mystic Valley?’Vul ik haar woorden aan. ‘Ja, dat ben ik. Helaas.’ voeg ik er nog aan toe.
Damon veert op. ‘Als je wilt, kan ik je thuisbrengen?’
‘Nee! Absoluut niet! Ik ben nu al zo ver gekomen, ik ga niet meer terug. Zodra mijn paard is gevonden zal ik verder gaan.’
‘Je kunt ook hier blijven.’ merkt Katherine op. Ze haakt haar arm door de mijne. ‘Het is heel gezellig hoor met zijn drieën, maar er is hier geen meisje waar ik leuke dingen mee kan doen. En anders ben jij ook maar in je eentje aan het rondzwerven. Blijf.’ Zegt ze lachend.
‘Oké, als iedereen het daar mee eens is, ik wil niemand van last zijn.’
‘Natuurlijk niet.’ Zegt Damon. ‘We hebben hier genoeg plaats en het zou inderdaad gezellig zijn als je bleef.’
Katherine glimlacht. ‘Mooi, dan is het geregeld.’ Ik weet niet precies of ze wilt dat ik blijf of dat het is omdat zij zich verveelt, maar het kan nooit kwaad. En om een tijdje bij Damon te blijven wonen, maakt het natuurlijk helemaal goed.
Er zijn nog geen reacties.