Hoofdstuk 7 deel 1
Terwijl we terug lopen naar Erans kamer moet ik de hele tijd aan de gezichtsuitdrukkingen en woorden van Gerrit en Fay toen ze mijn verhaal hoorden.
Gerrit had eerst een verbaasde blik, die maakte plaats voor een gezichtsuitdrukking van nieuwsgierigheid met een vleugje angst.
Fay`s gezicht bleef heel het verhaal hetzelfde. Ze keek naar me alsof ik een soort aliën was.
Dat kan ik haar ook niet kwalijk nemen, zo zou ik denk ik ook kijken als je denkt dat de wereld vergaan is en er dan opeens een meisje van daarboven in je kamer staat.
Eran begon met de woorden: “Neve komt niet hier vandaan, ze komt van daarboven” en hij wees naar boven, naar de plaats die ik hopelijk ooit nog terug zou zien.
“maar hoe kan dat? De wereld daarboven bestaat toch niet meer?” vroeg Gerrit.
“jawel, hij bestaat nog wel. Hij is nooit vergaan, en hopelijk gebeurt dat ook nog niet. Want het is mijn thuis.” Zei ik terwijl mijn tranen over mijn wangen rolden.
“maar.. maar” verder kwam Gerrit niet.
“Neve is door iets hier gekomen, ik vond haar slapend in mijn kamer. Ik weet nog steeds niet hoe ze daar is beland, maar dat komt nog wel. Ze wil graag terug naar huis, en ik ga haar helpen. En zo hoop ik hier te kunnen ontsnappen, net zoals Ajani het is gelukt om hier weg te kunnen komen.” Dit zei Eran. Ik vond het fijn om te horen dat hij me wou helpen, ookal is het uit eigenbelang.
Hij wou me in ieder geval helpen om hier weg te komen.
“ik ga je ook helpen, het zou fijn zijn om eens iets anders te kunnen doen.” Dit was het eerste dat Fay zei vanaf dat ze hoorde dat ik van boven kwam.
“ik help ook mee.” Zei Gerrit.
Ik kende ze dan nog wel niet lang, maar Gerrit en Fay voelde nu al aan als mijn beste vrienden.
Reageer (1)
jeey nu heeft ze er drie vrienden bij snel verdurr!
1 decennium geleden