Chapter one
Ik heb altijd gedacht dat ik iets zou voelen. Ik heb altijd geloofd dat als er iets vreselijks zou gaan gebeuren ik het zou voelen, ik het zou merken en dat ik tijd zou hebben om de personen die ik liefhad te waarschuwen. Zeker als zo een dag mijn hele leven zou veranderen, niet alleen mijn hele leven maar meerde levens.
Maar toen ik afscheid nam van William op drie oktober 2008, voelde ik niets.
”William! Vergeet niet om deze aan Pattie te geven. Vertel haar ook dat ik Justin thuis breng na de hockey training vanavond” Zei mijn moeder tegen William en ze overhandigde hem een mapje.
”Oké mam” Zei mijn broer, hij haalde zijn auto van het slot af en stapte in. “Randy! Schiet een beetje op!” Mijn andere broer Randy klom in de passagiersstoel en hij mikte zijn hockey spullen op de achterbank.
”Veel succes met je spreekbeurt Rache!” Riep Will naar me. “En wees niet nerveus!”
Ik voelde niets vreemds of raars bij zijn laatste woorden die ik hoorde.
Maar misschien had ik de zenuwen verkeerd begrepen. Misschien had het kietelende gevoel in mijn maag niets te maken met de spreekbeurt die ik later op de dag zou houden voor mijn klas. Misschien wist ik dat er iets ergs zou gaan gebeuren, en misschien vergiste iedereen zich. Want ik voelde me helemaal niet zenuwachtig.
”Hallo mevrouw Davis, kan ik Rachel even van u lenen?”
Ik hab het nooit gered tot de spreekbeurt, ik werd net seconden voor mijn spreekbeurt uit de klas gehaald door de directeur van mijn basisschool.
”Kom even met mij mee liefje” Meneer Andrews nam mee naar zijn kantoor, de kleurrijke directie kantoor. Ik nam plaats op een stoel die bij zijn bureau stond. Hij gaf me een glas water. Hij vertelde me dat er een ongeluk was geweest en dat Patricia Lyn Mallette op weg was om me op te halen. Hij zei dat ik wat eerder weg mocht vandaag. Ik snapte het niet, ik vroeg wie Patricia was. "De moeder van Justin? Ze komt jullie zo ophalen oké?". Ohja, de moeder van Justin. Ik kende haar alleen als Pattie of gewoon Justin's moeder.
Die dag sliepen ik en Justin samen in de woonkamer van het huis van zijn grootouders. Toen begon ik het te voelen, een gevoel dat er iets vreselijk mis was. Justin's moeder had me verteld dat William en Randy een ongeluk hadden gehad, dat mijn beide broers nu ik het ziekenhuis lagen, maar meer vertelde ze me niet. Ze zei dat mijn ouders voor mijn broers zorgden in het ziekenhuis en dat ik voorlopig bij hun zou logeren.
Het was oké dacht ik, het ziekenhuis maakte mensen beter. William en Randy waren er beide al eens geweest en kwamen altijd weer terug. Als je naar het ziekenhuis gaat, kom je ook altijd weer thuis. William en Randy kwamen altijd thuis.
Ik had het mis.
Ik werd die nacht wakker door Justin’s hysterische geschreeuw in de keuken. Ik sloop uit mijn slaapzak richting de keuken. Hij was dertien jaar toen, één jaar ouder dan ik, maar hij klampte zich vast aan zijn moeder alsof hij een kind van zes was. Hij sloeg om zich heen en bleef maar schreeuwen dat ik het niet waar kon zijn.
Maar het was wél waar, William mijn grote broer was overleden. Hij had het nooit levend gered tot het ziekenhuis.
Maar Randy leefde nog, of dat dachten we. Als we vooruit hadden kunnen kijken in onze onzichtbare toekomst hadden we kunnen zien dat Randy ook zo goed als overleden was.
Reageer (3)
Omycookies.
1 decennium geledenheel snel verder! <9999
Wow, je schrijft supermooi en ik word hier even heel emotioneel van. ;o
1 decennium geledenSnel verder!
omg super! je schrijft heel leuk, snel verder<33
1 decennium geleden