Chapter 1

Een bemantelde man vloog voor een pad neer. Hij keek rond, en legde toen zijn bezem tegen een oude kale boom aan. Haastig liep hij over het pad naar het huis van de Lovegood's. Het schemerde en de man pakte zijn toverstaf, 'lumos' fluisterde de man. Hij scheen met zijn toverstaf over de grond, bang dat hij op een afgebroken tak ging staan waardoor de Lovegood's wakker zouden worden. Plotseling draaide de bemantelde man zich om, was daar iemand? 'Hallo?' zei de man schor. De man keek rond en liep weer verder. Voor de deur bleef hij staan,'zouden ze er wel zijn? Wat als ze er niet waren?' Hij schudde zijn hoofd, ze moesten er zijn het kon niet anders. Hij scheen met zijn toverstaf over de deur heen en klopte toen vluchtig aan.