Lets spend tonight on top of the world 20
Luna verliet het hotel met gebogen hoofd
People always leave... but sometimes they come back
"Wat heb ik gehoord? Eén dag aan en dan ineens weer uit. Dat moet zo ongeveer de kortste relatie zijn die je maar kan hebben." lacht mijn zus me opnieuw uit. "Beter dat je een vriendje hebt voor één dag dan geen vriendje hè?" pikt Jonas er meteen op in. Vanwaar Jonas ineens komt weet ik niet, maar hij is er op het goede moment en hij verdedigt me. Ik loop mijn zus voorbij die me boos aankijkt en loop door naar mijn kamer.
Even later wordt er op mijn deur geklopt en zoals verwacht staat Jonas daar. "Waarom heb je Daan deze ochtend binnen gelaten?" vraag ik meteen. "Hoe bedoel je?" vraagt hij verbaasd. "Hij zei dat je hem binnenliet." Het lijkt erop alsof er een belletje gaat rinkelen bij Jonas. "Hij zei dat hij ongerust was over je. Omdat je gisteren er niet helemaal bij was ofzoiets. En even later kwam hij weer de trap af nadat Paul naar boven gekomen was. Wat is er allemaal gaande tussen jullie?" Die vraag en zijn gezicht verraden dat hij het allemaal maar een ingewikkelde zaak vind. "Wel, tussen mij en Daan is het over. Daan deed nogal raar deze ochtend dus had ik stiekem naar Martin een sms gestuurd dat er iemand moest langskomen. Paul kwam langs en heeft me verdedigd en geholpen en daarna liep het een beetje mis tussen Paul en mij. Ik wou nog eens langsgaan bij Daan maar dat vond hij geen goed idee. Hij werd een beetje boos en is toen weggegaan. Ik ben hem gevolgd en we hebben een beetje ruzie gemaakt." Na een tijdje voeg ik er nog de zin bij die ik het liefste niet zou uitspreken. "De kans is groot dat ze morgen vertrekken door die ruzie van net." Jonas geeft me een knuffel. "Je gaat ze missen hè? En dan vooral Paul en Martin?" vraagt hij. "Tuurlijk ga ik ze missen. Ook John en Bryan. Maar Martin is een tweede grote broer voor me en Paul is.." antwoord ik hem. "Hij is wat?" vraagt hij na een stilte. "Dat is het nou net, hij is iets dat ik niet kan beschrijven. Ik zit ermee sinds hij me hier deze ochtend is komen helpen met Daan. Ik zou hem voorheen beschreven hebben als iets tussen een goede vriend en een grote broer maar nu kan ik het gewoon niet omschrijven." Jonas en ik knuffelen elkaar nog steeds en om de één of andere rede kan ik hem niet loslaten. "Ik ben bang Jonas, bang om Paul te verliezen." zeg ik na opnieuw een lange stilte. "We vertrekken morgenochtend met het vliegtuig van 5 uur." Wacht even, dat was niet de stem van Jonas. Ik laat Jonas los en kijk naar de deur, daar staan John, Martin en Bryan. "Waar is Paul? We moeten het nog goedmaken deze avond. Dat moet gewoon." zeg ik paniekerig. "Hij is op de gang. Ga maar bij hem. Hij zal dan wel niet luisteren maar je kan het proberen." antwoordt John. "People always leave." mompel ik en ga naar de gang. Mar daar zit tot mijn grote verbazing niemand.
"Onbeschrijfelijk irritant, lelijk, een stalker, jaloers?! Dat zullen we nog wel eens zien! Ik ben opeens zeer blij dat we morgen vertrekken!" hoor ik uit de kamer van mijn zus. Dan vliegt de deur open en Paul komt de gang opstormen. Hij laat de deur weer dicht vliegen met een smak en ziet me dan pas staan. "Ik zal je nog eens helpen als die eikel van hiernaast aan je bed staat." sist hij en wil de trappen aflopen. "Paul, laat het me uitleggen. Luister nu even." probeer ik. "Paul, luister naar haar." Het is John die hem dwingt te luisteren. "Ik zou niet weten waarom." en hij vertrekt naar het hotel. Ik loop de hele tijd achter hem aan maar niets helpt om hem te doen luisteren. Net als hij de deur opent en ik hem wil achtervolgen, de kamer in, slaagt hij de deur voor mijn neus dicht.
"Het komt wel goed, doe gewoon wat je denkt dat je moet doen. Ik ben hiernaast bij John en Bryan." Ik draai me om en zie Martin, Bryan en John daar staan. Ik knik eens, neem eens diep adem en probeer de deur te openen. Tot mijn grote verbazing gaat ze gewoon open, hij heeft ze niet eens geblokkeerd. Paul zit op de grond met een koffer en een stapel kledij, over zijn gezicht lopen tranen. Ik voel me zo schuldig en heb niet eens iets verkeerd gedaan.
"Paul? Ze liegt, mijn zus liegt..." Paul blijft gewoon inpakken. "Waar zie je me dan WEL voor aan? Iemand die onbeschrijfelijk wat is?" vraagt hij door zijn tranen door. Door hem te zien huilen begin ik als vanzelf ook te huilen. Ik stap langzaam tot bij hem en laat me net voor hem neerzakken. "Onbeschrijfelijk lief, schattig, je beschermt me. Paul, ik kan nog een hele tijd doorgaan. Je betekent heel veel voor mij. Ik weet niet waarom vanaf dan, maar dat weet ik gewoon sinds je me bent komen helpen toen Daan in mijn kamer stond." probeer ik uit te leggen. Zonder op reactie te wachten omhels ik hem. Na een tijdje legt hij traag zijn armen rond mijn middel en begraaft zijn hoofd tussen mijn haren door in mijn nek. "Het spijt me" fluistert hij nog steeds huilend. "Het geeft niet Paul. Alles komt in orde." beloof ik hem huilend. "Niet huilen, dat is niet leuk." zegt hij terwijl hij troostend over mijn rug wrijft. "Maar jou zien huilen doet mij huilen dus jij moet eerst stoppen." Paul begint te lachen, laat me los en veegt zijn tranen uit zijn gezicht. "Kom hier" Ook bij mij wrijft hij de tranen uit mijn gezicht. "Huilen omdat ik huil, hoe kom je erbij?" vraagt hij hoofdschuddend niet wachtend op een antwoord.
"Goede reis Paul. Ik ga jullie missen" geef ik eerlijk toe. "Wij gaan jou ook missen hoor. Kom eens hier." Hij opent zijn armen en sluit ze om mij. Huilend omhels ik hem ook en hou hem vast alsof ik hem nooit meer wil los laten.
*de volgende ochtend*
"Komaan Luna, opstaan. We moeten bijna vertrekken." Ik draai me om en probeer verder te slapen. "Nog even, Jonas, ik ben moe." mompel ik slaapdronken. "Omdat jij het bent mag je me Jonas noemen, maar mijn echte naam is Martin. Je hebt het bed gedeeld met Paul en mij. Welkom terug op aarde, Luna." Mijn ogen sperren open. Ik kijk even onder de dekens om te kijken of het echt zo is maar ik lig met een t-shirt en broekje aan. "Je hoeft niet zover te denken hoor, gewoon slapen is goed genoeg voor ons hoor. Wat dacht je nou?" lacht Paul. "Ja, maar met jullie weet je nooit hoor. Wie weet hebben jullie mij zat gevoerd waardoor ik me niets meer herinner van gisteren... Oh wacht, het komt terug. We hebben met mijn ouders overeengekomen dat ik bij jullie mocht slapen zodat ik met jullie mee kan naar het vliegveld." bedenk ik. "Wij hebben onze koffers gepakt." besluit Martin. "En wij hebben een foto van jullie getrokken... slapend." zegt John die ineens in onze kamer staat. "En ik moet eerlijk toegeven, hij is echt wel schattig." lacht Bryan. "Tuurlijk, ik ben altijd schattig." lach ik terwijl ik kijk alsof ze te min voor me zijn. "Ze trekt even met ons op en ze is een echte diva." pikt Paul erop in.
Lachend vertrekken we uit het hotel, maar dat vergaat ons al snel als we aankomen aan het vliegveld. "Ik ga jullie missen." zeg ik terwijl ik hen elk een knuffel geef. "Wij gaan jou niet missen hoor." antwoordt John . "Spreek voor jezelf!" pikt Martin er boos op in. Ook ik ben best wel boos en geschrokken. "Oké, dan, ik ga je niet missen..." zegt hij opnieuw." ... Ik ga je heel heel heel heel heel heel erg erg erg erg erg erg missen." en hij geeft me een dikke knuffel. "Jij bent een slijmbal." lach ik "maar wel een heel erg lieve slijmbal." vervolg ik. Ik krijg van Martin, Bryan en Paul nog elk een knuffel en ook zij zeggen dat ze me heel erg zullen missen. Daarna vertrekken ze de menigte in op weg naar het verre Amerika.
Reageer (1)
woow mooi!!
1 decennium geledensrry wil wel lange reactie achterlaten maar ben een beetje drukkig nu
srry!1
maar echt verder hoor ik lieft deze serie:d
ik ga dr binne kort ook weer met 1 beginnen wil je die dn ook doen?/
XXX