Chapter six.

Na vijf minuutjes stond ik alweer op Alex’ oprit. ‘KAAAAAAAAYS!’ hoor ik roepen. Ik kijk rond me heen en zie niks, ik haal mijn schouders op en ga naar de voordeur. Ik wil net op het belletje drukken als er wordt open gedaan. ‘Andy!’ grijns ik en omhels hem. ‘Dat is weer veelste lang geleden he!’ ‘Ja, jij komt steeds minder naar Lex eh, jou schuld.’ Zeg ik lachend en volg Andrew die de trap opgaat en vervolgens Alex’ kamer binnen gaat. ‘Hail’ zeg ik blij en omhels haar ook. ‘Jou heb ik gemist’ lacht ze. ‘Nu we eindelijk voltallig zijn kan dan nu film starten?’ zucht Lauren. ‘Nee’ lach ik. ‘Wat nee?’ ‘Ik wil chiiihiiipss’ zeurt Andy. ‘Voilà, dat bedoelde ik dus’ zeg ik lachend. ‘Je weet ondertussen de kast wel staan he.’ Zegt Alex. Ik knik, ‘wie gaat er mee?’ vraag ik. ‘Wat is er, durf je niet alleen?’ lacht Hailey. ‘Neeehh!’ ‘Ik ga mee.’ Zegt Andy, ‘ik ook’ zegt Hailey vlak na Andy, ‘ik ook’ grijnst Alex.

Met z’n vieren sluipen we door het huis. ‘Psst’ ‘AAH’ gil ik. Ik hoor de rest lachen, ik zucht en ga verder naar de woonkamer. ‘Ieuw, hier ligt precies slijm op de grond.’ Zeg ik en trek een vies gezicht. ‘Misschien kwijl van de hond.’ fluistert Alex. ‘Haaaiill’ ‘Kaaayss’ ‘This hier eng he’ ‘Hééuul eng’ lacht ze. We sluipen verder naar de “snoepkast”. Ik open de deur, die kraakt. Niet veel later wordt het licht aangeknipperd, en zien we Lauren staan. ‘Jullie zijn sloom.’ Zucht ze. ‘Pas maar op dat je niet in de hondenkwijl trapt’ zegt Hailey. ‘Ha ha’.

Na ons avontuur door het huis, om simpelweg chips te gaan halen. Hebben we een halfuur verspeeld. Niet dat het niet leuk was, integendeel. ‘Gaan we nu eindelijk een film kijken?’ zeurt Lauren. ‘Ja, Kays. Heb jij die ene film meegebracht?’ vraagt Alex. ‘Ooeeeps! Helemaal vergeten.’ ‘Dus we gaan geen film kijken.’ Besluit Hailey. ‘Wat gaan we dan doen?’ ‘Kakken in de schoen en morgen verder doen.’ Zegt Andy eigenwijs. ‘Ik weet het!’ Alle ogen zijn op me gericht. ‘We houden een kussen gevecht, of we gaan ons verkleden en gaan belletje trek doen.’ Alex begint te lachen met het gedacht alleen al. Ik voel dat er een kussen op mijn hoofd beland en kijk de kamer rond. Zoekend naar de schuldige. ‘Wie o wie durfde een kussen naar mij te gooien.’ Dreig ik. Drie vingers wijzen naar Lauren, en één naar Hailey. ‘Hailey, jij stouterd’ lach ik en gooi een kussen naar haar. Waardoor het kussengevecht gestart is.