Foto bij Ik Lijk Op Jou

Ik moest op school een verhaal schrijven over een voorwerp dat op tafel lag, er lagen best veel spullen maar ik koos de tak uit.
Nou het was de bedoeling dat het voorwerp en de "eigenaar" iets gemeen hadden met elkaar en dat je de connectie kon leggen waarom het voorwerp bij het mens hoorde. This is what I came up with...

Wisselend oogpunt

Na vijf maanden van zout, zand en snijdende wind leek mijn periode van afzien eindelijk voorbij.
Het had me al mijn kracht gekost om niet uit elkaar te vallen. Sinds ik door de wervelende winden uit mijn moederboom werd getrokken moest ik moeite doen om mijn splinters bij me te houden.
Ik was metershoog de lucht in getild en kon heel even alle moederbomen van het bos zien. Toen viel ik neer op deze zanderige vlakte waar het water vies en zout was.
Allebei mijn kanten waren afgebroken en de plekken waar ooit mijn uitlopers hadden gezeten waren kaal en niets meer dan stompjes. Zelfs mijn prachtige bruine bast was eraf gerukt door de snijdende wind van deze zandvlakte.

Toch werd ik ineens opgetild door een mensenkind. Ze zag me liggen en was zonder twijfeling naar me toe gerend.
Zelfs toen ze mijn afschuwelijke gedaante zag, liep ze niet weg en tilde me zomaar op met haar kleine handjes.


‘Kijk mama, wat een mooie tak’ Een klein meisje liep over een zandduin heen en tilde vol trots een tak op met haar kleine handen.
Even verderop stond haar moeder, in haar linkerhand had ook zij een tak. Een mooie tak, met de bast er nog aan.
‘Vind je die mooi?’ vroeg haar moeder ongelovig en het meisje knikte waarna ze terugrende met haar trofee in haar handen geklemd.

Hun smaak mocht dan wel verschillend zijn, maar iedereen kon zien dat de twee moeder en dochter waren.
Beide hadden ze zwart haar wat steil langs hun gezicht viel.
Het meisje had korter haar. Een week voordat ze naar het strand zouden gaan was het geknipt, er was per ongeluk kauwgom in gekomen. Knippen was de enige oplossing geweest.
Ook hadden beide groene ogen. Die van het meisje waren donkerder vanwege de bruine ogen die haar vader had.

Haar moeder knikte en stak haar vrije hand uit die het meisje aanpakte.
‘Dan nemen we deze mee’

Ik wist dat ik mijn moederboom nooit meer terug zou zien.
We stapten in een apparaat wat een auto heette en gingen toen net zo hard als de wervelende winden me hadden gedragen.
Het mensenkind keek elke keer achterom naar me. Wat zag ze toch in me? Ik was maar een lelijke tak.
We kwamen aan bij datgene wat ze een huis noemen en ik werd naar binnen getild. Trots liet ze me zien aan de mannelijke mens die ze “papa” noemde.
Hij zag er boos uit, ‘Die tak is net zo lelijk als jijzelf’ sprak hij.


‘Sorry papa’ verontschuldigde het meisje zich, alsof ze iets had misdaan en ze klemde haar kleine handjes om de tak heen.
‘Lieverd!’ kwam de stem van haar moeder van achter haar en het meisje draaide zich om, tranen sierden de randen van haar ogen en ze haalde kort haar neus op.
De moeder kwam een stokje dichterbij en ging door haar knieën voor het meisje, ze streek kort door haar haren heen en pakte ook de tak even vast. ‘Ga jij maar vast naar boven, ik kom straks om je tanden te poetsen oké?’ sprak ze rustig en het meisje knikte waarna ze met de tak naar boven liep.
Stilletjes bleef ze even bovenaan de trap staan en hoorde de boze stem van haar vader, en toen die van haar moeder. De stem van haar vader werd luider en luider en toen hoorde ze een harde klap.
Alsof dit het teken was waarop ze had gewacht liep ze rustig de badkamer in en poetste haar tanden. Met moeite spuugde ze alle tandpasta uit in de wasbak, ze kon er bijna niet bij en moest op haar tenen gaan staan. De tak die ze kort op de badrand had gelegd tilde ze weer op en ze liep de badkamer uit waar haar vader stond.
Lichtelijk geschrokken deed ze een stapje achteruit.
‘Wat doe jij nog uit bed rotkind?’ Sprak hij boos en greep haar arm vast. Met een zachte piep werd ze meegesleurd naar haar kamer en in bed gegooid. Snel trok ze zelf de dekens over haar heen en staarde onder de dekens uit naar haar vader die in de deuropening stond.
‘Ik wil je niet meer uit bed zien begrepen? En die lelijke tak wil ik niet meer beneden zien. Hij vervuild het huis.’ Spuwde hij en pakte het handvat van de deur vast.
Vlak voor hij deze dichttrok mompelde hij nog, ‘Lelijk rotkind’ daarna was hij weg.

Zachtjes begon het meisje te snikken terwijl ze haar moeder beneden nogmaals hoorde schreeuwen. Stilletjes, zodat niemand haar kon horen fluisterde ze: ‘Nu kunnen we samen lelijk zijn’

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen