-XX-
Ik werd wakker in een koude, kille ruimte. Het was erg koud, en ik had verschrikkelijke honger. Ik vroeg me af hoelang ik hier al zat. Ik keek rondom me.
Geen raam, of andere ontsnappingsmogelijkheden, er was alleen een heel erg lange en steile trap.
Ik zat in een kelder. Dankzij het licht van mijn amulet kon ik nog een beetje zien.
'Krr.. Krr..' een sleutel kraakte in het slot bovenaan de trap. Een kleine jongen komt met een plateau naar beneden gewaggeld. Hij duwde hem in mijn handen.
'Prinses moet eten.' zei hij. Ik wou nog iets terugzeggen, maar hij liep uit angst weg. Zo ging het elke dag. Elke dag kwam iemand anders me eten brengen, en liep daarna weer weg, net alsof ik hun zou aanvallen? Op die manier kwam ik een heleboel puzzelstukjes te weten. Ik moest ze alleen nog aan elkaar koppelen? 1 ding was ik zeker: Ik was hun zogenaamde prinses. Dat zeiden ze genoeg tegen me. En, ik denk ook dat ze schrik van me hebben. Ik heb zo een vermoeden dat de koninklijke familie de absolute rivaal is van het volk.
Ik was bang, zo bang. Niets alleen omdat ik gevangen gehouden werd, maar ook omdat ik in een compleet onbekende wereld zat, en elke dag leek wel een eeuw te duren.
Op 1 van deze lange dagen kwam een oude man me mijn dagelijkse kost brengen.
'Prinses, morgen, grote dag.' zei hij. In tegenstelling tot al die andere die me eten kwamen brengen, liep hij niet van me weg. Hij schonk me een glimlachje, draaide zich om en stapte rustig verder.
'Wacht!' 'Aljeblieft, wacht!' zei ik geschrokken. Zijn woorden joegen me schrik aan. Hij staarde me aan met een verbaasde blik.
'Wat gebeurt er morgen?' zei ik al stotterend.
'Grote dag, prinses.' 'Grote dag.' de oude man stapte naar me toe, en keek recht in mijn ogen.
'Doe het rode amulet om.' zei hij.
'Hoe..?' Ik slikte. 'Hoe weet je dat ik ook een rood amulet heb?' de man keek me recht aan, en zonder dat zijn ogen van de mijne week, zei hij:
'Er komt een rood licht uit je achterwerk.'
Ik glimlachte, nu had ik dat alweer voor. Maar de man lachtte ook, en ergens wist ik dat dat niet de reden was waardoor hij wist dat ik een rood amulet had.
'Dankje.' zei ik. En de mand stapte beheerst weg.
Er zijn nog geen reacties.