Leaving!

Ik stak mijn handen in het beekje en plenste water in mijn gezicht.Ik keek naast me en zag Bulbasaur water drinken.Toen hij klaar was stond ik op.
'Goed getraind,jochie.' Zei ik en aaide over zijn kop.Bulbasaur en ik trainde elke dag op dit veldje in het bos.
'Kom we gaan.' Zei ik en gebaarde naar Bulbasaur die trouw naast me kwam lopen.IK had Bulbasaur als ei gekregen toen ik vijf was.Hij had geen pokebal maar dat was ook niet nodig.Bulbasaur bleef altijd in mijn buurt.Sommige vroegen zich af waarom Bulbasaur na 9 jaar nog niet geëvenlueert is...mij kan het niet schelen of hij evenlueert in een ivysaur.Bulbasaur is sterk.We liepen het bos uit de heuvel af.We liepen het dorp in.Geroezemoes was duidelijk te horen.Logisch want elke zondag was er markt.Bulbasaur en ik liepen door de straten richting huis.Ik hoorde mensen praatten.Dezelfde praatjes als altijd.De praatjes die ik al mijn hele leven moet aanhoren!
'Is dat niet de zoon van Red?'
'Ja,Red de kampioen.Blijkbaar is zijn zoon het tegenovergestelde,zijn bulbasaur evenlueert niet eens.'
'Hoe heet hij eigenlijk?'
'Geen idee.'
Alle stemmen raasde door mijn hooeft.Het was altijd zo.Niemand kende hem.Ze zagen niets anders dan zijn vader!Toen ik aan het eind van de straat was draaide ik me om.
'Hij godverdomme toch eens op!!!!' Schreeuwde ik.Iedereen keek me aan.
'JULLIE DOEN NIET EENS MOEITE OM MIJ TE KENNEN!'
Eén man kwam naar voren.
'Wie zou een nietsnut als jij willen kennen?' Zei de man.
'Ik ben geen nietsnut!' Riep ik terug.Verschillende mensen begonnen te praten.
'Je hebt maar 1 pokemon en die evenlueert niet eens!'
De man kreeg een klap in zijn gezicht.Bulbasaur stond voor mij en had zijn vine whip gebruikt.Ik greep Bulbasaur en rende weg.Fruit en groente vloog om mijn oren.Toen ik thuis kwam sloeg ik de deur keihard dicht.Ik keek rond.
'Waar is ma?' Mompelde ik.Bulbasaur keek ook rond.Ze was niet te bekennen.Ik liep naar de tweede verdieping toen ik de deur hoorde.
'Suno,kom eens.' Hoorde ik mijn moeder roepen.Snel liep ik weer naar beneden.Er zat fruit en groente op haar kleding en haar.
'Uhm...ma.Er zit een beetje..'
'Dat weet ik!' Riep ze voordat ik mijn zin kon afmaken.
'Ik weet dat je 14 bent,maar Suno.Wat maakt het uit wat andere denken?' Vroeg mijn moeder.
'Dat is het hem juist!Je denken niet over MIJ.Maar over de zoon van de grote kampioen!' De laatste zin spuugde ik zowat uit.Pa had ons,mij en ma,verlaten.Kampioen mijn reet.Mijn moeder glimlachde.
'Je moet blij zijn dat je zo'n vader hebt.'
'Niet hebt.Hij heeft ons verlaten,ik beschouw hem nauwelijks als mijn vader.'
'Zeg dat nooit!Je vader is een goed man.' Zei mijn moeder.Mijn ogen prikte.
'Maar!maar maar...' Ik kwam niet uit mijn woorden.Ma verstikte me in een knuffel.
'Ik vertrek.' Zei ik toen.Mijn moeder liet me los en keek me verbaast aan.
'Ik ga mijn eigen weg.Ik zal trainen en trainen,de gyms verslaan en de pokemon league winnen.Dan daag ik Red uit!Ik zal van hem winnen,en hem betaald zetten dat hij ons verlaten heeft.' Legde ik uit.Mijn moeder gaf een glimlach.
'Ik wist dat de dag zou komen dat je ook op reis zou gaan.Pak je tas in,dan kan ik nog wat pokemonvoer maken.En vroeg naar bed,dan kan je morgen fris opstaan.' Ratelde mijn moeder.Ik knikte en deed alles.Die avond viel ik in een droomloos slaap.
De volgende dag
Ik was al vroeg wakker,buiten was het donker.Niet vanwege de tijd,maar vanwege de wolken.Het zag eruit alsof het vandaag weleens zou kunnen onweren.Ik haalde mijn schouders op.Ik waste me,poetste mijn tanden en kleedde me aan.Toen ik klaar was stond Bulbasaur al klaar voor ontbijt.Mijn moeder ratelde aan één stuk door dat ik voorzichtig moest doen.Ik luisterde niet.Trainers mochtte eerst al vanaf hun 10e op reis.Het is verandert,nu mag je pas op je 13e op reis.Dan was ik alsnog een jaar later.Ik gaf mijn moeder nog een knuffel en liep weg.Het dorp uit,en het bos in.Het was middag toen ik en Bulbasaur een pauze namen.Ik nam een sandwich en gaf Bulbasaur wat voer.Druppels kwamen naar beneden.Ik keek omhoog.
'Shit,het begint te regenen.' Zei ik en stond op.
'Kom Bulbasaur,we moeten een beschutte plek vinden.' Zei ik.Bulbasaur en ik begonnen te rennen door het bos.Het kwam met bakken uit de lucht.We waren meteen al drijfnat.Tijdens het rennen zag ik wat in mijn ooghoek.Onder een boom zat een jongen in een sweatshirt.Hij had zijn knieën opgetrokken.Er lag iets op zijn schoot waar hij overheen gebogen lag.Ik rende naar hem toe.Ik legde mijn hand op zijn schouder en trok hem recht.Zijn blik was emotieloos.Maar ik zag door de regen de opgedroogte plekken van tranen op zijn wang.Ik keek naar zijn schoot,er lag een Sneasel.Hij zag er niet goed uit.Slecht zelfs,en bovenalles.De Sneasel lag er doodstil bij...

EN en en ?