Opdr. 2 [shithead]
De donkere schemering naderde ons naarmate we ons eindpunt tegemoet zagen komen. Het maanlicht liet de blote huid van zijn gezicht subtiel glanzen. Zijn gezicht dat nog steeds werd bedekt door een prachtig zwart masker stond mijn kant op gericht, terwijl zijn mysterieuze ogen mijn lichaam bestudeerde. Hij verroerde zich geen seconde, alleen de koele avondbries liet zijn haar met de wind meewaaien. De gondel waarin we zaten danste langzaam op het donkerblauwe water dat leek te schitteren in het licht van de maan. Er was niets anders dan stilte, alleen het zachte geneurie van de gondellaar en het bonken van onze harten. Zijn lichtgrijze ogen, de bijzonderste ogen die ik ooit had gezien, leken te stralen onder het zwarte masker dat was bezet met de prachtigste edelstenen. Mijn ogen gleden langs zijn lichaam tot ik het kleine, ontblote stukje van zijn borst ontdekte. Zijn huid leek zo zacht als satijn, en ik moest me inhouden om niet mijn hand uit te steken en hem met mijn vingers te strelen. Een kleine glimlach verscheen op zijn gezicht toen hij in de gaten kreeg dat ik naar hem staarde. Nog nooit was mijn verlangen zo sterk aanwezig geweest. Het leek alsof hij me met zijn blikken had betoverd, alsof zijn ogen magische krachten bezaten. Ik keek naar de jongeman terwijl de sterren in zijn ogen fonkelde. Deze man had een geheim, ik zag het in zijn ogen. We waren vreemdelingen voor elkaar, nog nooit hadden we elkaar ontmoet, tot vannacht op het masquerade bal, toen hij me vanuit het niets benaderde.
Zijn zwoele stem klonk prachtig, alsof er een engelenkoor zong. ‘Wat doet deze prachtige vrouwe hier zonder een danspartner’ fluisterde hij zacht in mijn oor. Zijn warme adem in mijn nek deed me huiveren. ‘Wie zegt dat ik hier alleen ben mijn jongeheer’ antwoordde ik. Ik was hier inderdaad, zoals hij al had verwoord alleen, maar nieuwsgierig als ik was speelde ik zijn spelletje mee. ‘Dan heeft de heer die u vanavond begeleid veel geluk, zo’n prachtige vrouw als u is moeilijk te vinden.’ Ik glimlachte. Zijn stem had iets aantrekkelijks, zo zuiver, maar toch ook zo mannelijk. Hij pakte teder mijn hand vast, terwijl hij me naar de dansvloer begeleide. ‘Als u zo vriendelijk wilt zijn om mij in deze dans te vergezellen’ zei hij zacht terwijl hij een buiging maakte en zijn hand uitstak. Ik maakte, net als hij had gedaan, een buiging en pakte zijn hand vast. We bewogen lichtvoetend op de maat van de muziek terwijl hij zijn hand teder in mijn zij liet rustte. ‘Je bent prachtig’ fluisterde hij in mijn oor terwijl hij zijn lippen in mijn nek plaatste. De klank van zijn stem liet het vuur in mijn hart branden. Toen de lute zijn laatste klanken speelde, trok de vreemdeling me mee naar buiten. ‘Zou u misschien een gondelvaart met me willen maken prachtige vrouwe?’ vroeg hij terwijl hij mijn hand kuste. ‘Omdat de maan vanavond zo fel en levendig straalt zeg ik ja, een gondelvaart over de schitterende wateren van Venetië lijkt me prachtig.’
De stem van de gondellaar haalde me uit mijn gedachte. De jongeman stond op, betaalde de man en hielp mij uit de gondel. Terwijl ik mijn arm door de zijne haakte werd ik benieuwd naar wat komen ging. De aanraking van zijn hand alleen al liet me rillen. ‘Wilt u niet weten waar ik u naartoe breng?’ vroeg hij opeens toen we al een tijd aan het lopen waren. Ik glimlachte. ‘U bent een man met smaak, dat zie ik zo, dus het kan alleen maar iets prachtigs zijn’ zei ik overtuigd van het feit dat deze man van hoge adel afstamde.
Ik wist maar al te goed wat deze jongeheer van plan was, en de gedachte eraan liet het bloed in mijn aderen koken. Na een paar minuten gelopen te hebben liet hij me opeens los en gebaarde hij naar de grot voor ons. Ik keek hem verbaast aan, een grot was het laatste wat ik verwachtte. De man glimlachte en wenkte me mee naar binnen. Tot mijn verbazing zag de verlichte grot er magisch en sprookjesachtig uit. ‘Een bijzondere plek, voor een bijzondere vrouw’ zei hij terwijl hij naar het grote hemelachtige bed liep. ‘U woont hier?’ vroeg ik zacht terwijl ik de omgeving in me opnam. ‘Wonen is een groot woord, ik ben een rondreiziger, dus aan vaste woningen doe ik niet.’ De man had nog steeds zijn masker op en ik werd benieuwd naar zijn gezicht. Maar het idee van het onbekende, wakkerde de lust in me ook aan. Ik glimlachte verlegen. ‘Kan ik even de tijd krijgen om mezelf op te frissen?, een avond dansen heeft mijn lichaam geen goed gedaan’ zei ik zacht. De man knikte. ‘Maar, natuurlijk’ antwoordde hij. ‘Neem gerust alle tijd.’ Ik glimlachte en liep de grot uit.
Terwijl ik mijn lichaam van mijn jurk ontdeed stapte ik met mijn blote voeten in een klein beekje niet ver van de grot vandaan. Ik zuchtte, ergens maakte deze nacht me nerveus, ik was zenuwachtig voor wat er ging komen, maar het maakte me ook vreselijk nieuwsgierig. Ik liep verder het beekje in en liet mijn lichaam afkoelen in het koude, rustgevende water. Nog één keer zuchtte ik, stapte het beekje uit en liep nerveus terug naar de grot.
Toen ik eindelijk de moed had vergaard om de maan verlichte grot binnen te gaan, zag ik dat de man voor het enorme bed stond. Zenuwachtig aan mijn nachthemd plukkend liep ik naar hem toe. De man zei niets en keek alleen maar. Onze gezichten nog steeds verborgen onder een masker. De man had een leren broek aan en zijn witte overhemd hing tot aan zijn middel open. Ondanks dat ik hem al uren in de gondel had aangestaard was ik nog even diep onder de indruk van zijn mannelijke schoonheid. Zeer bewust van zijn blikken die over mijn lichaam dwaalden, glipte ik langs hem heen en stapte ik in het donszachte bed. De man glimlachte en volgde mijn voorbeeld. ‘Je bent prachtig’ fluisterde hij weer in mijn oor, net zoals hij op het bal had gedaan. Zijn lippen gleden over mijn keel naar mijn blote schouders, terwijl hij de bandjes van mijn nachthemd naar beneden liet glijden. Het vuur in mijn lichaam brandde van genot. Hij ging verder naar beneden en gaf lieve kleine kusjes op mijn buik. Ik voelde de elektrische schokken weer door mijn lichaam. Ik voelde hem overal.
Net toen hij mijn lippen weer kuste voelde ik opeens een pijn die heel mijn lichaam deed beven. De pijn die ik voelde was ondragelijk alsof er met messen in mijn lijf gestoken werd, alsof ik werd overreden door een wild paard, alsof ik in brand stond en er tegelijkertijd honderden kogels zich een weg door mijn huid boorden. De geruisloze stilte van het moment werd verstoord door een kille schreeuw. Terwijl zijn lippen omhoog krulde en er een tevreden glimlach tevoorschijn kwam, ontdeed hij zichzelf van zijn masker.
‘Guilelmo.’ Mijn stem klonk klein en zwak. Opeens voelde ik het warme bloed langs mijn borst naar beneden stromen. ‘Ik heb je gemist Catherina’ zei hij terwijl hij zijn mes nog een keer hief. Een geruisloze schreeuw verliet mijn mond. ‘Je wees me af Catherina, je hebt mijn hart gebroken.’ Een traan dwarrelde vanuit mijn ooghoek naar beneden. ‘Ik hield van je Catherine, maar jij moest zo nodig van mijn broer houden, die stomme lafaard die ik twee jaar geleden van het leven ontdeed.’ ‘Jij? Jij hebt Girardino vermoord?’ De woorden verlieten mijn mond met moeite. ‘Ja Catherine, en nu staat hetzelfde lot jou op te wachten. ‘Alsjeblieft Guilelmo.’ Hij schudde zijn hoofd.‘Dit is de enige manier dat we samen kunnen zijn’ zei hij zacht. Nog één keer hief hij zijn mes, en terwijl zijn lippen de mijne voor de laatste keer aanraakte stopte mijn hart dat daarnet nog vol lust en verlangen had geklopt. Mijn geest verliet mijn lichaam en zweefde samen met de koele avond bries naar de hemel.
Guilelmo liet zich op mijn dode lichaam vallen. ‘Ik hou van je’ zei hij zacht. Hij hief voor de laatste keer zijn mes en terwijl het mes zijn eigen hart doorboorde, sprak hij zijn laatste woorden met tranen in zijn ogen uit. ‘We zullen eindelijk samen zijn, voor eeuwig.’
Reageer (1)
Wow, ik zit hier echt met tranen in mijn ogen. Je hebt dit zo goed beschreven dat ik het gevoel had alsof ik naast het bed stond. Je hebt de ware toedracht pas op het einde naar boven gebracht, waardoor er toch een verrassende wending in het verhaal zat. Hier en daar zag ik enkele schrijffoutjes, maar geen onoverkomelijke dingen. Je schrijfstijl was weer maar eens prachtig en zorgde ervoor dat ik alles tot het laatste punt wilde lezen. Ook de opgegeven plaats heb je mooi gebruikt. Een prachtige inzending!
1 decennium geleden