Hoofdstuk 2
Als Miranda klaar is met eten, besluit ze te gaan wandelen in het bos. Miranda houdt van het bos, het is zo mooi en kleurrijk. Ze pakt haar tas en loopt naar de schuur. Daar pakt ze haar fiets en rijdt ze weg. Het bos was niet ver, maar Miranda gaat met de fiets, omdat ze dan langer kan blijven. Aan de rand van het bos, staat een grote boom. Miranda zet altijd haar fiets tegen deze boom, zodat ze hem weer terug kan vinden. Ook nu zet ze haar fiets tegen de boom aan en klikt het slot dicht. Terwijl ze de sleutel in haar tas stopt, loopt ze een stukje het bos in. Als ze een stukje dieper in het bos is, gaat ze op een omgevallen boomstam zitten. Ze pakt haar tekenblok en begint te tekenen. Ze tekent het bos dat ze om zich heen ziet, en ergens tussen de bomen, tekent ze een wild paard. Het leek haar geweldig om een keer een echt wild paard te zien, en de verhalen gaan dat er in dit bos echt wilde paarden rondlopen. Misschien dat dat de reden is dat Miranda zo graag in dit bos zat? Ja, ze hoopt dat de verhalen waar zijn en dat ze er inderdaad ooit op een dag eentje tegen zal komen.
Er zijn nog geen reacties.