Foto bij VIII

Alice Potter

Ik zucht en knik dan. Na zes jaar weet ze bijna zeker wat mijn naam is. Dat is toch bijna een applaus waard. Ze glimlacht even en gaat dan op haar bed zitten, waarna ze me nieuwsgierig aanstaart.
‘Ik zag dat je bij Sirius en James zat.’
Oh... Ik snap al waar dit naartoe gaat. ‘Oh..’ Ik sta op en open mijn hutkoffer om daar mijn pyjama uit te halen. Als ik weer omkijk, kijkt Marinda me nog steeds aan. June en Sarah, een tweeling, kijken me ook nieuwsgierig aan, hun blik staat echter een stuk vriendelijker.
‘Zijn dat vrienden van je?’ Haar vraag klinkt spottend, alsof ze wil zeggen dat het onmogelijk is omdat ik geen vrienden heb.
‘Soort van. James is mijn broer,’ zeg ik eerlijk. Hoe graag ik ook had willen liegen, gewoon om iets te hebben wat zij wil, doe ik het niet.
Ze trekt één wenkbrauw op. ‘Serieus?’
Nee, we heten toevallig allebei Potter. Hoewel ze dat waarschijnlijk niet wist, ze kon zich amper mijn voornaam herinneren. Ik knik en loop naar de badkamer. Als ik de deur achter me sluit, hoor ik dat Marinda, June en Sarah enthousiast beginnen te fluisteren. Ik rol even met mijn ogen en zet mijn toilettas op de wastafel.

Als ik de kamer weer inloop, zitten June, Sarah en Marinda te praten, zo te horen over hun vakanties. Lisa ligt in bed met haar ogen dicht, maar met het geluid dat onze kamergenoten produceren, betwijfel ik of ze echt slaapt. Ik ga op mijn bed zitten en pak mijn boek uit mijn koffer, ga liggen en doe het gordijn om mijn bed dicht. Met een tevreden glimlach sla ik mijn boek open, eindelijk rust.

De volgende ochtend ben ik vroeg bij het ontbijt, wat ervoor zorgt dat ik rustig kan ontbijten. James’ afwezigheid zorgt ervoor dat ik überhaupt kan ontbijten.
‘Goedemorgen.’ Hoor ik naast me.
Als ik naast me kijk, zie ik dat Remus naast me is komen zitten. ‘Hey.’ Ik glimlach naar hem.
‘Je lijkt echt verbazingwekkend weinig op James.’
Ik kijk hem vragend aan. Niet dat ik erg vind dat ik niet op die idioot lijk, maar ik vraag me toch af waar deze opmerking ineens vandaan komt.
‘Je kan normaal eten én hebt geen ochtendhumeur.’
‘Vergeet niet dat ik me ook normaal tegenover anderen kan gedragen.’ Ik glimlach.
‘En je kan zowaar lezen.’ Remus grijnst terwijl hij naar het boek wijst dat naast me op tafel ligt.
‘Alice!’ Verbaasd kijk ik op als iemand vrolijk mijn naam roept.
‘O god,’ mompel ik, als ik zie dat Marinda naar me toe komt lopen.


---

113 abo's! YAY! C:

Reageer (25)

  • EpicProngs

    Echte giegelmeiden die Miranda enz. xD

    1 decennium geleden
  • xSandra

    O gosh xD

    1 decennium geleden
  • Oblivisci

    xD

    1 decennium geleden
  • Kreynta

    'En je kan zowaar lezen.'

    xDxDxD
    @xRidiculus; zoooooooooooooooooooo erg met je eens!

    1 decennium geleden
  • Lpayno

    Ik mag die Marinda nu al niet =.=
    Ze gaart Alice gebruiken dat weet ik zeker! Ö
    Remus is echt een CUTIEPIE! c:

    1 decennium geleden

Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen