Amelia((((L)
het onweer is al een tijdje opgehouden, en ik zwem nu al 3 dagen. ik kijk vooruit en zie in de mist een eiland, nou daar lijkt het in ieder geval op. ik zwem door tot mijn voeten opeens het blubberige drasserige zand voel. ik kom nog maar net boven water. ik zwem zo hard ik kan door tot ik op het strandje ben. ik land me in het zand vallen. ik zucht. 'eindelijk'zeg ik tegen mezelf. ik kijk op het eiland. er is niet veel te zien er zijn wat rotsen. en veel zand er is ook een bos van palmen en daarbovenuit zie je een vulkaan. en de helderturquaze zee maakt het plaatje compleet. ik sluit mijn ogen en voel de zon op mijn huid branden. gelukkig heb ik een kort sportbroekje aan en een hempje. dat is tenminste nog een beetje luchtig. opeens open ik van schrik mijn ogen, waar moet ik vanacht slapen?, ik sta op en kijk het strand over. 'geen optie'zeg ik tegen mezelf. ik loop rustig het "oerwoud" in. er staan alleen maar palmbomen. 'wel genoeg voedsel'zeg ik tegen mezelf terwijl ik naar boven kijk. er hangen allemaal kokosnoten. tussen de palmen zijnn ook wat andere fruitsoorten te vinden, ik loop zowat het hele eiland over maar er is helemaal niets dat op een huis lijkt. bezorgd ren ik weer naar het strand waar de scherming valt. ik ga maar in het warme zand liggen. ik staar naar de lucht waar wat vogels vliegen. ik staar nu richting de rotsen waar een hels kabaal vandaan komt. ik zie een schim op de rotsen staan. dus ik ben niet alleen, zeg ik terwijl ik op de schim afga
Er zijn nog geen reacties.