Loena, heb je een momentje?
Ik schoof aan naast een jongen genaamd Robert (of heette hij nou Rob) en pakte een stukje appel. Ik bekeek hem even nauwkeurig want iedereen weet dat een appel vaak als schuilplaats word gebruikt door Dimmels.
(Hele kleine draken die gedachten eten. Ze kunnen mooie herinneringen weg eten en ik zou voor geen kreukelhoornige snottifant-hoorn mijn moeder vergeten.)
Gelukkig zie er geen. Ik keek naar de vloer en probeer er dieren en mensen in te zien. Ik zag mijn moeder en een peer en een....
Plotseling hoor ik een vlam bij het hoofd van Robert/Rob.
Ik reageerde snel een sloeg de Dimmel dood die bezig is Robs/Roberts gedachten op te ten. Natuurlijk verdwijnt de Dimmel meteen waardoor niemand hem meer kan zien. Zelfs ik heb er nog nooit één gezien, maar ze moeten wel bestaan want papa heeft er wel twee! artikels over geschreven.
Ondanks het feit dat ik Rob/Robert zojuist gered had nam hij vreemd genoeg geen aanstalten om mij te bedanken.
Nou ja, hij zal wel verlegen zijn.
Ik richtte mijn blik weer op de vloer.
Na een paar minuten stond Perkamentus op met een mededeling: "Geachte leerlingen, ik wil jullie er even op wijzen dat alle lessen toverdranken zijn gecanceld omdat professor Sneep ziek in bed ligt. Dat was het dan. Ga maar weer door met eten."
Bij alle tafels behalve bij Zwadderich werd er onderdrukt gelachen en gejuicht. Ik deed niet mee. Ik mocht professor Sneep wel. Zijn neus deed me denken aan de snavel van een adelaar.
Ik had ondertussen mijn appel op en liep langs de tafel van Zwadderich naar de uitgang. Ik hoorde Malfidus een beetje te hard schreeuwen dat "die lijpo (ik dus) de volgende keer maar eens een andere weg naar de uitgang moest nemen." Ik nam het hem niet kwalijk, het was vast niet de bedoeling dat ik dat zou horen.
Toen ik de gang naar verweer tegen zwarte kunsten inliep zag ik daar Hermelien staan. "hai Hermelien" zei ik. "nog Dimmels gezien?"
Ik wist dat zij daar niet ingeloofde omdat haar geest te bekrompen was (ze geloofd zelfs niet wat mijn vader schrijft) maar stiekem vond ik het heel leuk haar daarmee te pesten.
"hai Lijp... uh Loena" antwoordde Hermelien "Nee, ik heb geen Dimmels gezien. Maar ik blij je te zien. Ik, Harry en Ron houden zaterdag een verrassingfeest voor Percy. Ik vroeg me af of jij ook wou komen."
"Ja, leuk" antwoordde ik "Ik krijg vanavond nieuwe radijsjes toegestuurd van mijn vader, dus die heb ik in ieder geval op tijd"
Op een één of andere manier keek Hermelien nogal moeilijk toen ik dat laatste zei.
Op dat moment kwam Ron aan lopen. "Hai, Hermelien. Hai Loena." "Hai, Ron. Ik moet nu echt weg, anders eten de Zwadderaars mijn radijsjes weer op"
Nadat gezegd te hebben liep ik richting de uilenvleugel.
Voordat ik de hoek omsloeg hoorde ik nog net dat Ron tegen Hermelien zei "sodeknetter, die meid is echt gek. Ik durft te wedden dat...
Ik liep snel verder. Ik vond het niet zo netjes om andere mensen af te luisteren.
Toen ik bij de uilenvleugel was aangekomen was het al snel duidelijk dat mijn radijsjes nog niet waren aangekomen.
Toch bleef ik staan betoverd door het uitzicht dat je vanuit de uilenvleugel had. Ik bleef even een uur staan kijken naar de blauwe lucht . Toen hoorde ik een bonk achter me. Ik keek om en zag het hoofd van Sneep met een soort rode saus erover die vreemd genoeg niet aan zijn lichaam vastzat. Ik boog me voorover om het eens beter te kijken, toen ik een zware handdruk op mijn schouder voelde. `Loena heb je een momentje........?"
Toen werd alles zwart.
Er zijn nog geen reacties.