Part 2:
Ik zette de laatste doos in de verhuiswagen en deed daarna verslagen de klep dicht. Mijn moeder kwam achter me staan en legde een hand op mijn schouder. “Ik snap wat je doorgaat, je wilt niet naar een nieuw huis.” Zei ze alsof ze echt wist wat ik moest doorstaan. “Jij weet helemaal niets van mij!” Riep ik boos tegen haar en rende daarna weg. Ik wist niet waar ik heen ging, dat zag ik wel als ik er was. Maar ik moest echt even weg thuis. Toen ik langs het meertje in het park rende wou ik niet te veel denken wat er een week terug gebeurt was. Ik wou er gewoon snel langs rennen en alles achter me laten, maar toen zag ik hem, hij zat met zijn voeten in het water verdrietig wat voor zich uit te staren. Ik rende langs het meer af en zag de voorkant van zijn gezicht. Hij huilde? Waarom zou hij nou huilen? Hij had een vriendin, hij had er tot een week geleden zelfs 2, misschien wel meer! Waarom huilt hij dan? Ik rende verder tot ik bij een huisje diep in het bos kwam. Ik aarzelde niet en maakte meteen de deur open, niet wetend wat me aan de andere kant te wachten stond.
Reageer (1)
Omg, dit ontroerd mij
1 decennium geledensnel verder
(kudo) ( I Love It )