Hurt- 3
Rosemary McWhite
Ik slikte. Had hij me echt zo hoog zitten? 'Mary, geloof me nou gewoon. Ik heb je nodig.' 'Waarvoor?' vroeg ik opeens fel. 'Ik heb je niets te bieden. Ik kan je niet redden als je gevaar loopt, ik kan je alleen buiten school en huiswerk om spreken, ik kan je niet helpen met welk probleem dan ook omdat je die toch nooit hebt, ik kan niks!' Hij stond op en knielde bij me neer. Zijn handen omsloten de mijne en hij keek me strak aan. 'Mary, je helpt me alleen al door hier te zijn. Je hoeft me niet te redden en jij kan er ook niets aan doen dat we elkaar weinig spreken. En over die problemen die ik nooit heb, het is gewoon fijn als jij er bent, dat doet me beter voelen. Jouw emoties voelen fijn en eerlijk aan, je bent een geweldig persoon.' Ik beet op mijn lip en probeerde zijn blik te begrijpen. 'Echt?' vroeg ik twijfelend. 'Ja, echt waar. Dus stop alsjeblieft met me ontlopen.' Ik knikte. 'Mooi,' zei hij en er verscheen een glimlach op zijn gezicht. Hij draaide zich even om en keek op de klok. 'Ik breng je nu naar huis, oké?' 'Waarom dan?' 'De andere komen zo thuis,' vertelde hij kort. Hij hielp me overeind en leidde me snel naar de witte jeep. Toen besefte ik me opeens iets. 'Wacht, je mag toch helemaal niet in La Push komen?' Zijn gelaatstrekken verstrakte. 'Dat klopt.' 'Maar-maar je was net bij mij thuis.' 'Ik heb het verdrag gebroken. Maar ik moest persé weten of het goed met je ging en waarom je me negeerde.' Ik hield geschrokken mijn adem in. 'Ik breng je naar huis omdat ik niet wil dat de weerwolven je hierom lastig vallen.' ik knikte gewoon slapjes. Door mij had hij het verdrag gebrokne. Niet dat de weerwolven me nog erger konden gaan haten dan ze al deden, maar de andere Cullens zouden hier waarschijnlijk niet blij mee zijn. Te snel stonden we voor mijn huis en uit het niets verschenen er 8 enorme wolven. Jasper stapte uit en rende snel nar mijn kant van de auto. Door zijn snelheid voelde de weerwolven zich even bedreigt en ze gromde luid. Jasper trok zich er weinig van aan en hielp me uit de gigantische jeep. Hij sloeg zijn arm beschermend om me heen waardoor een zandkleurige weerwolf een dreigend geluid maakte. De andere keken hem corrigerend aan en toen ik ook mij blik op hem richtte en diep ik zijn ogen keek, zag ik dat dat Seth was. Een liefdevol gevoel overheerste mijn lichaam toen ik mijn inprent zag en Jasper keek me voor een paar seconden verbaasd aan. Toen ging ook zijn blik naar Seth en hij begon te fronzen. Jasper zette een stap vooruit richting mijn voordeur maar stapte terug toen de wolven een woest gebrul lieten horen. Ik zuchtte diep, ik zag in de mythische wezens niks gevaarlijks, alleen maar een stel verwaande puppies die mensen pesten omdat ze zichzelf geweldig vinden. Ik deed gewoon een par stappen naar voor en trok me niets aan van Jasper's poging om me terug te trekken. Opeens sprong er een grote, roestbruine wolf voor me en hij ontblootte zijn tanden. 'Hou nu toch op zeg,' zei ik geërgerd. 'Als je iets te zeggen hebt verander je maar naar een mens en als je gewoon wil dreigen doe je dat maar mooi morgen op school, zoals altijd.' De verbaasde blik die op al hun gezichten verscheen was behoorlijk hilarisch, Jasper grinnikte ook en keek me trots aan. Drie wolven renden terug het bos in waaruit ik kon opmaken dat ze zich terug gingen veranderen. De andere bleven ons in de gaten houden. Seth hield zijn blik stark op mij alsof hij zeker wilde weten dat niemand mij onverwacht zou aanvallen. Mijn hersenen konden mijn lichaan er niet van weerhouden om hem een kleine glimlach te schenken. Maar toen er weer iets in het bos begon te kraken focuste ik me daarop. Sam kwam met Jared en Paul het bos uit lopen. Ze hadden alleen een broek aan en hun blik stond furieus. 'Dit is verboden terein voor jou, bloedzuiger,' snauwde Paul naar Jasper. 'Dat weet ik,' antwoordde deze rustig. Ik grinnikte zachtjes om zijn zelfingenomen toontje. 'Wat doe je hier dan?' vroeg Sam. 'Ik kwam hier voor haar,' zei Jasper en hij knikte naar mij. De drie jongens keken mij even inspecterend aan. 'Wat is er zo bijzonder aan haar,' vroeg Paul spottend. Jasper en Seth begonnen op hetzelfde moment licht te grommen. Ik legde mijn hand op Jaspers schouder om hem te kalmeren. 'Ze is mijn beste vriendin.' De wolven keken allemaal verbaasd naar ons. 'Ik woonde eerst in Forks,' legde ik stilletjes uit. 'Forks?' vroeg Jared verbaasd. 'Ja, maar ik ben terug verhuisd naar hier.' 'Terug verhuisd?' vroeg Jared weer verbaasd. 'Jep.' 'Hier heeft nooit een Rosemary Jones gewoond,' protesteerde Paul hard. De andere knikte instemmend. 'Dat klopt. Jones is mijn moeders naam. Ik ben Rosemary McWhite.'
Reacties?
Kudo's?
Hoe denken jullie dat de weerwolven gaan reageren?
Reageer (7)
AAh, Verder!! Je maakt me nieuwsgierig!!
1 decennium geledenBam Paul, op je neus.
1 decennium geledenAwesome!
1 decennium geledenTen eerste zijn ze zwaar geshockeerd of course. Daarna realiseert Seth -of iemand anders weet ikveel- wat ze heeft gezegd hij verandert spontaan rent naar haar toe, beukt Jasper aan de kant en knuffelt haar dan half dood. Dan kucht Jasper knikt omlaag en realiseert hij dat ie geen broek aan heeft en rent half hysterisch de bosjes in om daar een broek aan te trekken.
1 decennium geledenTen tweede: Aangenaam nieuw lezertje meld zich en nu hup hup verder.
Ohmygod.. Verder..
1 decennium geleden