Hoofdstuk 40.
De vuilniszak wordt langzaam voor de spiegel weggehaald en ik kijk vol verbazing naar de persoon in de spiegel. Ik herken mezelf er nauwelijks in. De jonge vrouw heeft een prachtige glimlach op haar gezicht, haar make-up is mooi en toch naturel, haar haar is lichtjes gekruld en opgestoken. De jurk valt om maar lichaam en zit als gegoten. ‘Dank u wel’ stamel ik langzaam. Ik voel me net een prinsesje. De deur van de kamer gaat langzaam open en mijn moeder stapt de kamer binnen. Ze draagt haar jurk en ziet er prachtig uit. De tranen springen in haar ogen als ze mij ziet. ‘Je bent zo prachtig’ fluistert ze dan terwijl ze naar me toeloopt. De glimlach op mijn gezicht wordt nog breder en ik pak Damian die in haar armen lag van haar over. Hij ziet er nog liever uit dan dat ik had gedacht. ‘Ben je klaar voor het grote moment?’ vraagt me moeder als ze recht tegenover me staat en me doordringend aankijkt. Ik knik en glimlach. ‘Mijn kleine meisje’ fluistert ze dan zachtjes waarna ze haar hand op mijn wang legt. Daarna veegt ze snel de tranen onder haar ogen weg. ‘Aimee’ klinkt er een stem door de kleedkamer. Ik kijk op en zie iemands gezicht. Volgens mij is het een van de teamgenoten van Samir. ‘Ik moest zeggen dat het tijd is om naar het altaar te gaan’ zegt hij dan terwijl hij naar me toe loopt. ‘Ik moet gaan’ zegt mijn moeder waarna ze Damian van me overneemt. Ik knik en kus mijn zoontje op zijn voorhoofd. Mama knikt en loopt dan snel de kamer uit. ‘Je ziet er prachtig uit’ zegt de vreemde jongen dan. Ik zou echt niet weten wie het is. ‘Dank je’ mompel ik dan maar. Ik laat niet merken dat ik zijn voornaam niet weet. ‘Over 2 minuten moet je vertrekken’ zegt hij dan. Ik knik even en dan laat hij me alleen met mijn gedachten. Ik kijk in de spiegel en ik voel me zo mooi. Ik ben volgens mij in mijn hele leven nog nooit zo mooi geweest. Ik laat mijn vingers over de zachte stof van mijn jurk glijden en kijk dan naar de klok aan de wand. Ik tel de seconden af dat ik moet vertrekken. 10-9-8-7-6-5-4-3-2-1 Ik open de deur van de kleedkamer en stap naar buiten. Ik volg de pijlen die me moeten leiden naar de plek waar de trouw gesloten zal worden. Ik loop tegen een paar grote houten deuren aan. Ze worden door 2 mannen in pak opengedaan en de bruidsmars begint te spelen. Ik sluit mijn ogen en open ze dan. Ergens in de verte zie ik Samir. Langzaam loop ik naar binnen, naar voren. Ik had gewild dat er iemand zou zijn die me had willen begeleiden naar het altaar, maar er is niemand.
Er zijn nog geen reacties.