Chapter two.
Harry Edward Styles.
Met snelle passen passeerde ik de straten. Het regende pijpenstelen. Iedereen liep met een paraplu of krant boven zijn hoofd, om zo min mogelijk nat te worden. Ik? Ik was weer zo dom om mijn paraplu te vergeten. Grote plassen lagen op straat en het verkeer stond half stil. Er werd veel getoeterd en de uitstraling van die mensen stond nogal chagerijnig. Mensen moesten optijd op hun werk zijn, net zoals ik. "En dat ga zo niet werken, als ik zo in gedachten blijf," mompelde ik, toen ik bijna tegen een lantaarnpaal aanbotste. Het ging vandaag wel erg goed, niet dus. Eerst stapte ik in een plas die net zo groot was als de oceaan, waardoor mijn hele schoenen en de pijpen van mijn broek helemaal zeiknat waren. Ik liep de straat in van de bakkerij waar ik werkte en ik hoorde het meteen al, het meisje dat hier altijd zong en gitaar speelde. Ze zag er arm en onverzorgd uit. Ze stak echt af bij de andere mensen die in Holmes Chapel woonde. Warrig donkerblond haar op een knot gestoken en haar kleren helemaal vies en doorweekt van de regen. Een zielige blik stond in haar ogen en ik kreeg bijna medelijden, maar dat zou ik niet moeten hebben. Ze zou er vast zelf voor hebben gekozen, net zoals al die andere straat muzikanten die je hier vond. Ik vertelde je, dat waren er een hele boel. Toch leek ze me anders. Ik zocht een paar pond in mijn broekzakken en gooide de munten in haar gitaartas, die ze open had staan. Dankbaar keek ze me aan, maar haakte haar blik al snel weer af. Ze had mooie groenige ogen, maar het neigde meer naar de hazel-kleur. Haar mascara was nog al erg uitgelopen, maar ze leek er geen problemen mee te hebben. Er stonden nogal een aantal mensen om haar heen en dat was zeker niet onverdiend. Ze had echt een mooie, gevoelige stem en als ik tijd had zou ik zeker naar haar luisteren, maar ik moest nou eenmaal op tijd bij mijn werk zijn. Ik blikte nog een keer mijn ogen op haar en draaide me toen om, om mijn weg verder te vervolgen naar mijn werk. Niet dat, dat nog lang zou duren, want het was maar vijftig meter verderop. Het meisje haar stem vervaagde langzaam, toen ik steeds verder weg was. Morgen zou ik eerder mijn bed uitkomen, om naar haar te luisteren, want naar haar stem zou ik uren naar kunnen luisteren. Ik schudde mijn hoofd en liep toen verder voor een saaie dag werk.
Met snelle passen passeerde ik de straten. Het regende pijpenstelen. Iedereen liep met een paraplu of krant boven zijn hoofd, om zo min mogelijk nat te worden. Ik? Ik was weer zo dom om mijn paraplu te vergeten. Grote plassen lagen op straat en het verkeer stond half stil. Er werd veel getoeterd en de uitstraling van die mensen stond nogal chagerijnig. Mensen moesten optijd op hun werk zijn, net zoals ik. "En dat ga zo niet werken, als ik zo in gedachten blijf," mompelde ik, toen ik bijna tegen een lantaarnpaal aanbotste. Het ging vandaag wel erg goed, niet dus. Eerst stapte ik in een plas die net zo groot was als de oceaan, waardoor mijn hele schoenen en de pijpen van mijn broek helemaal zeiknat waren. Ik liep de straat in van de bakkerij waar ik werkte en ik hoorde het meteen al, het meisje dat hier altijd zong en gitaar speelde. Ze zag er arm en onverzorgd uit. Ze stak echt af bij de andere mensen die in Holmes Chapel woonde. Warrig donkerblond haar op een knot gestoken en haar kleren helemaal vies en doorweekt van de regen. Een zielige blik stond in haar ogen en ik kreeg bijna medelijden, maar dat zou ik niet moeten hebben. Ze zou er vast zelf voor hebben gekozen, net zoals al die andere straat muzikanten die je hier vond. Ik vertelde je, dat waren er een hele boel. Toch leek ze me anders. Ik zocht een paar pond in mijn broekzakken en gooide de munten in haar gitaartas, die ze open had staan. Dankbaar keek ze me aan, maar haakte haar blik al snel weer af. Ze had mooie groenige ogen, maar het neigde meer naar de hazel-kleur. Haar mascara was nog al erg uitgelopen, maar ze leek er geen problemen mee te hebben. Er stonden nogal een aantal mensen om haar heen en dat was zeker niet onverdiend. Ze had echt een mooie, gevoelige stem en als ik tijd had zou ik zeker naar haar luisteren, maar ik moest nou eenmaal op tijd bij mijn werk zijn. Ik blikte nog een keer mijn ogen op haar en draaide me toen om, om mijn weg verder te vervolgen naar mijn werk. Niet dat, dat nog lang zou duren, want het was maar vijftig meter verderop. Het meisje haar stem vervaagde langzaam, toen ik steeds verder weg was. Morgen zou ik eerder mijn bed uitkomen, om naar haar te luisteren, want naar haar stem zou ik uren naar kunnen luisteren. Ik schudde mijn hoofd en liep toen verder voor een saaie dag werk.
Reageer (1)
Je schrijfstijl is echt goed! Snel verder.
1 decennium geleden