Foto bij highway to... hell?

Misschien gaat het een beetje langzaam, maar vanaf nu wordt het interessanter.. beloofd :)

Zwijgend keek ik naar buiten terwijl ik de mensen bestudeerden die zich klaar maakten voor een nieuwe dag.
Doordat ik maar weinig de kans kreeg om te zien hoe de wereld er overdag uitzag, moest ik me ervan weerhouden mijn gezicht tegen het glas te drukken.
Abbigail zou me dat nooit laten vergeten.
De meeste mensen die we voorbij reden keken met nieuwsgierige blikken naar de auto.
De geblindeerde ramen waren zo gemaakt dat er geen zonlicht doorheen kon en je ook niet van buitenaf naar binnen kon kijken.
Wij - degene die in de auto zaten - konden zonder enige moeite alles zien, wat betekende dat ik ongestoord mensen kon kijken.
Vanuit mijn ooghoeken zag ik Abbigail om de paar seconden zenuwachtig mijn kant op gluren.
Ze vroeg zich waarschijnlijk af waarom ik zo stil was.
Ik wachtte rustig af.
Stiltes was iets waar Abbigail moeilijk tegen kon, dus het zou niet lang meer duren voordat ze zich gedwongen voelde iets te zeggen.
'Oke, ik kan er niet meer tegen. Het spijt me. Ik zweer je dat ik er niets mee te maken heb, dus wees alsjeblieft niet boos!' riep ze op dat moment.
Ik glimlachte.
'Ik ben niet boos op je', legde ik uit.
'Ik ben gewoon geïrriteerd omdat ik mijn bed uit moest. Je weet toch dat ik in een chagrijnig monster verander als ik mijn schoonheidsslaapje niet krijg'.
Ik knipoogde om haar extra gerust te stellen.
Ze keek me wantrouwig aan, alsof ze me niet helemaal geloofde.
'Eerder in een woedende vampier', mompelde ze uiteindelijk.
Ik deed net alsof ik niks hoorde en keek weer naar buiten.
Het duurde niet lang voordat Abbigail de snelweg afging en en na een paar minuten een verlaten industrieterrein opreed.
Het grote grijze gebouw helemaal achterin zag er somber uit terwijl we ernaar toe reden.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen