Voorheen was het een waarschuwing
voor me geweest. Op dat moment was het mijn persoonlijke
requiem. Met gesloten ogen genoot ik van de symfonie die
mijn dood inleidde.
Een onwelkome wanklank verstoorde het zingen. Een geluid
dat niet bij de situatie paste, en dat alles zou veranderen. Zelfs op
dat moment besefte ik dat.
Het was het huilen van een vrouw.
Geërgerd opende ik mijn ogen. Verpest. Mijn prachtige, romantische
levenseinde was verpest. Ik ging zitten en keek rond,
op zoek naar waar het huilen vandaan kwam. De indringster
mocht van geluk spreken als ik haar niet meenam op mijn laatste
reis, dacht ik.
Zodra ik haar zag, kwam mijn lichaam als vanzelf overeind.
Zelfs van een afstand kon ik zien hoe mooi ze was. Dankzij mijn
bovennatuurlijke gezichtsvermogen leed dat geen twijfel.
Ze stond aan de andere zijde van de donkere waterval en keek
naar het kolkende water beneden haar.
Ik besefte dat ze van plan was om te springen.
Ze wilde sterven.
Net als ik.
Vanaf het moment waarop mijn blik op haar viel, was ik mijn
eigen pijn vergeten. Ik dacht alleen nog aan de hare.

Er zijn nog geen reacties.


Meld je gratis aan om ook reacties te kunnen plaatsen